Zur Stützung ihrer Klagen haben sie mehrere Argumente geltend gemacht, u. a. eine Verletzung der Verteidigungsrechte, die falsche Einstufung der Ad-hoc-Zahlungen als Beihilfen, die falsche Einstufung der Ad-hoc-Zahlungen als neue Beihilfe und Fehler bei der Berechnung der behaupteten überhöhten Bezuschussung.
Tot staving van hun beroepen voeren zij onder meer aan dat de rechten van de verdediging zijn geschonden, dat de ad-hocbetalingen ten onrechte als nieuwe steun zijn aangemerkt en dat de berekening van de beweerde overcompensatie onjuistheden bevat.