Traduction de «kapazitäten unterrichtet werden » (Allemand → Néerlandais) :

28. bedauert, dass die Mitgliedstaaten keine feste Zusage hinsichtlich der Ressourcen gegeben haben, und fordert den Rat auf, für die Umsetzung der in Artikel 42 Absatz 3 und Artikel 45 Absatz 1 EUV festgelegten und damit verbundenen Beurteilung Sorge zu tragen; fordert die VP/HV auf, zu diesem Zweck angemessene Vorschläge zu unterbreiten; ist der Auffassung, dass das Parlament regelmäßig über die Fortschritte beim Aufbau militärischer Kapazitäten unterrichtet werden sollte, wenn diese für die Umsetzung der GSVP relevant sind;
28. betreurt het dat de lidstaten geen sterke vermogenstoezeggingen doen en roept de Raad op te voorzien in de uitvoering van de toepasselijke, in artikel 42, lid 3, en artikel 45, lid 1, van het VEU vastgelegde evaluatievereisten; roept de VV/HV op gepaste voorstellen te doen in die zin; is van mening dat het Parlement regelmatig op de hoogte moet worden gehouden over de vooruitgang in de opbouw van militaire vermogens die van belang zijn voor de tenuitvoerlegging van GVDB;

29. stellt fest, dass es aufgrund der sich rasch ändernden Sicherheitslage erforderlich ist, einen flexiblen, adaptiven und reaktiven Ansatz zu verfolgen, die technischen Kapazitäten auszubauen und die in der Sicherheitsagenda beschriebenen vorrangigen Maßnahmen regelmäßig zu überprüfen; weist in diesem Zusammenhang darauf hin, dass auf Artikel 222 AEUV zurückgegriffen werden könnte, der vorsieht, dass der Europäische Rat regelmäßig eine Einschätzung der Bedrohungen vornimmt, denen die Union ausgesetzt ist, unter anderem auf der Grundlage der Bedrohungsbewertungen durch die Mitgliedstaaten und Europol, und dass das Europäische Parlament und die nationalen Parlamente über die diesbezüglichen Ergebnisse und Folgemaßnahmen unterrichtet werden;
29. wijst erop dat de snel veranderende veiligheidssituatie een flexibele, adaptieve en reactieve aanpak vergt, alsook de ontwikkeling van technisch vermogen en de regelmatige evaluatie van de prioritaire acties die in de agenda zijn opgenomen; wijst er in dit verband op dat gebruik kan worden gemaakt van artikel 222 VWEU, dat bepaalt dat de Europese Raad regelmatig de dreigingen voor de Unie moet beoordelen, onder meer door voort te bouwen op bestaande dreigingsevaluaties van de lidstaten en Europol, en het Europees Parlement en de nationale parlementen op de hoogte moet stellen van de resultaten en follow-up ervan;

8. unterstreicht, dass die geografische Ausdehnung der Union zu einer beachtlichen Ausweitung der Vielfalt geführt hat, weshalb die Europäische Union vor der Rechtsetzung über fundierte Analysen der Auswirkungen und die möglichen Folgen für jeden Mitgliedstaat, insbesondere für die neuen Mitglieder, unterrichtet werden sollte; fordert die Gemeinschaftsorgane und die Mitgliedstaaten auf, ihr Bestes zu tun, um alle verfügbaren Mittel im Zusammenhang mit der Entwicklung der Verkehrsinfrastruktur umfassend auszuschöpfen; ist nämlich der Auffassung, dass bei fehlenden Kapazitäten und Infrastrukturen kein qualitativer Fortschritt in Richtung auf einen effektiveren und nachhaltigeren Verkehr durch horizontale Maßnahmen - die Verknüpfung von Verkehrsträgern (Ko-Modalität) und intelligente Verkehrssysteme - erreicht werden kann;
8. wijst erop dat de geografische uitbreiding van de Unie gepaard is gegaan met een aanzienlijk toegenomen diversiteit en dat daarom de Unie, voordat er wetgeving komt, via diepgaande effectenstudies bewust moet worden gemaakt van het mogelijke effect hiervan op de individuele lidstaten, met name op de nieuwkomers; roept de communautaire instellingen en de lidstaten op zich in te zetten om alle voor vervoersinfrastructuur beschikbare middelen volledig te benutten, omdat, wanneer er sprake is van een gebrek aan capaciteit en infrastructuur, geen kwalitatieve vooruitgang naar doelmatiger en duurzamer vervoer geboekt kan worden met behulp van horizontale maatregelen, zoals co-modaliteit en intelligent vervoer;

7. unterstreicht, dass die geografische Ausdehnung der Union zu einer beachtlichen Ausweitung der Vielfalt geführt hat, weshalb die Europäische Union vor der Rechtsetzung über fundierte Analysen der Auswirkungen und die möglichen Folgen für jeden Mitgliedstaat, insbesondere für die neuen Mitglieder, unterrichtet werden sollte; fordert die Institutionen und Mitgliedstaaten auf, ihr Bestes zu tun, um die Mittel im Zusammenhang mit der Entwicklung des Verkehrs umfassend auszuschöpfen; ist der Auffassung, dass bei fehlenden Kapazitäten und Infrastrukturen ein qualitativer Fortschritt durch die Verknüpfung von Verkehrsträgern und intelligente Verkehrssysteme erreicht werden kann;
7. wijst erop dat de geografische uitbreiding van de Unie gepaard is gegaan met een aanzienlijk toegenomen diversiteit en dat daarom de Europese Unie, voordat er wetgeving komt, via diepgaande effectevaluaties bewust moet worden gemaakt van het mogelijke effect hiervan op de individuele lidstaten, met name voor de nieuwkomers; roept de instellingen en de lidstaten op zich in te zetten om de voor vervoersontwikkeling beschikbare middelen volledig te benutten; is van mening dat, wanneer er sprake is van een gebrek aan capaciteit en infrastructuur, er kwalitatieve vooruitgang geboekt zou kunnen worden met behulp van co-modaliteit en intelligent vervoer;

a) in den Artikeln 4 bis 7, in denen zwar bekräftigt wird, dass es den AKP-Staaten obliegt, souverän die Grundsätze, Strategien und Modelle für die Entwicklung ihrer Wirtschaft und Gesellschaft festzulegen, zugleich aber vorgesehen ist, dass die nichtstaatlichen Akteure über die Kooperationspolitik und die Kooperationsstrategie, über die Prioritäten der Zusammenarbeit sowie den Ausbau der Kapazitäten der Zivilgesellschaft unterrichtet und an den entsprechenden Konsultationen beteiligt werden;
a) in de artikelen 4 tot en met 7 van de Overeenkomst, waarin wordt bevestigd dat de ACS-staten in volledige soevereiniteit de beginselen, strategieën en modellen voor de ontwikkeling van hun economie en hun samenleving bepalen, maar die ook voorzien in voorlichting en raadpleging van de niet-overheidsactoren inzake samenwerkingsbeleid en -strategie, samenwerkingsprioriteiten en capaciteitsopbouw van de civiele samenleving;