Der Verfasser der Stellungnahme vertritt jedoch die Auffassung, dass im Hinblick auf die Kohärenz der Politik mit den Zielen der Entwicklungspolitik, wie in Artikel 208 AEUV vorgesehen, sichergestellt werden muss, dass die fischerei-, handels- und entwicklungspolitischen Maßnahmen einander ergänzen und in Einklang miteinander stehen.
De rapporteur is echter van mening dat er omwille van de samenhang met de doelstellingen van het ontwikkelingsbeleid, zoals bepaald in artikel 208 VWEU, gezorgd moet worden voor complementariteit en dat de samenhang tussen de maatregelen in het kader van het gemeenschappelijk visserijbeleid en het handelsbeleid enerzijds en de maatregelen van het ontwikkelingsbeleid anderzijds moet worden gewaarborgd.