Vertaling van "gewährung des gegenseitigen " (Duits → Nederlands) :

TERMINOLOGIE

Euro-Arabische Konvention zur gegenseitigen Förderung und zum gegenseitigen Schutz von Investitionen
Europees-Arabische overeenkomst inzake de wederzijdse bevordering en bescherming van investeringen

Gewährung einer Leistung | Gewährung von Leistungen | Leistungsgewährung
betaling van een uitkering | toekenning van een prestatie | toekenning van prestaties | verlening van een prestatie

Grundlage des gegenseitigen Wohles | Prinzip des gegenseitigen Nutzens
beginsel van wederzijds voordeel | principe van wederzijdse uitwisseling

Darlehen [ Gewährung eines Darlehens ]
lening [ verstrekking van een lening ]

Grundsatz der gegenseitigen Anerkennung [ Rechtssache „Cassis de Dijon ]
beginsel van wederzijdse erkenning [ Cassis-van-Dijon-zaak ]

Stützungspolitik [ Gewährung von Zuschüssen | Subventionierung | Subventionspolitik ]
steunverleningsbeleid [ hulpverleningsbeleid | subsidieverlening ]

Abkommen über den gegenseitigen Beistand
overeenkomst van wederzijdse hulp

Ehescheidung im gegenseitigen Einverständnis
echtscheiding door onderlinge toestemming

System von gegenseitigen Anerkennungen
stelsel van wederzijdse erkenning

IN-CONTEXT TRANSLATIONS

Die Gewährung des gegenseitigen Zugangs zur Außenhilfe der Gemeinschaft stützt sich auf einen Vergleich zwischen der Gemeinschaft und anderen Gebern und erfolgt für die Gesamtheit eines Sektors oder eines Landes (Geber oder Empfänger).
De verlening van wederzijdse toegang tot buitenlandse hulp van de Gemeenschap wordt gebaseerd op een vergelijking tussen de Gemeenschap en andere donors en geldt voor een bepaalde sector of een heel land, ongeacht de vraag of het een donor- of een ontvangend land is.

Dabei sollten im Zusammenhang mit dem durch diese Verordnung festgelegten Grundsatz der gegenseitigen Anerkennung bei der Authentifizierung für einen Online-Dienst nur solche Identifizierungsdaten verarbeitet werden, die dem Zweck der Gewährung des Zugangs zu diesem Online-Dienst entsprechen, dafür erforderlich sind und nicht darüber hinausgehen.
In dit verband en met inachtneming van het bij deze verordening vastgelegde beginsel inzake wederzijdse erkenning, mag authenticatie voor een onlinedienst alleen betrekking hebben op de verwerking van die identificatiegegevens die toereikend, ter zake dienend en niet bovenmatig zijn om toegang tot die onlinedienst te verlenen.

Dabei sollten im Zusammenhang mit dem durch diese Verordnung festgelegten Grundsatz der gegenseitigen Anerkennung bei der Authentifizierung für einen Online-Dienst nur solche Identifizierungsdaten verarbeitet werden, die dem Zweck der Gewährung des Zugangs zu diesem Online-Dienst entsprechen, dafür erheblich sind und nicht darüber hinausgehen.
In dit verband mag, wat het bij deze verordening vastgelegde beginsel inzake wederzijdse erkenning betreft, authenticatie voor een onlinedienst alleen betrekking hebben op de verwerking van die identificatiegegevens die toereikend, ter zake dienend en niet bovenmatig zijn om toegang tot die onlinedienst te verlenen.

3° Paragraph 1 wird durch einen Absatz mit folgendem Wortlaut ergänzt: " Der in Artikel 9 vorgesehene Zählcode kann von dem Grundsatz der quartalsweisen Gewährung abweichen, wenn dies den Verwaltungsaufwand des Stromversorgers vermindert, oder um den Bedingungen in Verbindung mit der gegenseitigen Anerkennung der Herkunftsgarantien aus anderen Regionen oder Mitgliedstaaten Rechnung zu tragen" .
3° paragraaf 1 wordt aangevuld met volgend lid : « De berekeningscode waarin artikel 9 voorziet kan van het principe van de driemaandelijkse toekenning afwijken als de administratieve last van de producent daardoor verminderd wordt of om te voldoen aan de voorwaarden tot wederzijdse erkenning van garanties van oorsprong uit andere gewesten of lidstaten. ».

30. fordert die EIB auf, bei ihrer Tätigkeit in Entwicklungsregionen die Grundsätze der Erklärung von Paris über die Wirksamkeit der Entwicklungshilfe einzuhalten und sicherzustellen, dass ihre Tätigkeit mit dem Europäischen Konsens für Entwicklung im Einklang steht, insbesondere durch die Gewährung effektiver Hilfe, die Stärkung der gegenseitigen Rechenschaftspflicht und die Einführung messbarer Entwicklungsindikatoren;
30. roept de EIB ertoe op in ontwikkelingsregio's te opereren overeenkomstig de beginselen van de Verklaring van Parijs over de doeltreffendheid van ontwikkelingshulp, en ervoor te zorgen dat deze aansluit op de EU-consensus over ontwikkeling, vooral voor wat betreft het leveren van effectieve hulp, het verbeteren van de wederzijdse verantwoordingsplicht en het vaststellen van meetbare ontwikkelingsindicatoren;

« Verstösst Artikel 68bis § 2 Nr. 2 des Grundlagengesetzes vom 8. Juli 1976 über die öffentlichen Sozialhilfezentren (eingefügt durch Artikel 1 des Gesetzes vom 8. Mai 1989 und abgeändert durch Artikel 200 des Gesetzes vom 29. Dezember 1990) gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er vorsieht, dass die Gewährung von Unterhaltsvorschüssen durch das öffentliche Sozialhilfezentrum sich auf jene Fälle beschränkt, in denen der unterhaltspflichtige Vater bzw. die unterhaltspflichtige Mutter oder die aufgrund des Artikels 336 des Zivilgesetzbuches unterhaltspflichtige Person sich während zwei - aufeinanderfolgenden oder nicht aufeinanderfolgenden - Zeiträumen im Laufe der zwölf Monate, die dem Antrag vorausgehen, der Unterhaltspflicht entzogen hat, die ihm bzw. ihr auferlegt worden ist, und zwar entweder durch eine vollstreckbare gerichtliche Entscheidung oder durch eine Vereinbarung im Sinne von Artikel 1288 Nr. 3 des Gerichtsgesetzbuches nach erfolgter Eintragung der Ehescheidung bzw. der Trennung von Tisch und Bett im gegenseitigen Einverständnis, und sich nicht auf alle Fälle erstreckt, in denen ein Unterhaltspflichtiger seine Unterhaltspflicht dem unterhaltsberechtigten Kind gegenüber nicht nachkommt?
« Schendt artikel 68bis, § 2, 2°, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn (zoals ingevoegd bij artikel 1 van de wet van 8 mei 1989 en gewijzigd bij artikel 200 van de wet van 29 december 1990) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, door te voorzien dat het toekennen door het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van voorschot van onderhoudsgelden wordt beperkt tot de gevallen wanneer de onderhoudsplichtige vader of moeder, of de krachtens artikel 336 van het Burgerlijk Wetboek onderhoudsplichtige persoon, zich gedurende twee - al dan niet opeenvolgende - termijnen in de loop van de twaalf maanden die de aanvraag voorafgaan, onttrokken hebben aan de verplichting tot betaling van het onderhoudsgeld dat hem of haar ten laste is gelegd, hetzij bij een uitvoerbare gerechtelijke beslissing, hetzij bij een overeenkomst bedoeld bij artikel 1288, 3°, van het Gerechtelijk Wetboek, na overschrijving van de echtscheiding of scheiding van tafel en bed door onderlinge toestemming, en niet van toepassing is op alle tegenover het onderhoudsgerechtigde kind in gebreke blijvende onderhoudsplichtigen ?

« Verstösst Artikel 68bis § 2 Nr. 2 des Grundlagengesetzes vom 8. Juli 1976 über die öffentlichen Sozialhilfezentren (eingefügt durch Artikel 1 des Gesetzes vom 8. Mai 1989 und abgeändert durch Artikel 200 des Gesetzes vom 29. Dezember 1990) gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, indem er vorsieht, dass die Gewährung von Unterhaltsvorschüssen durch das öffentliche Sozialhilfezentrum sich auf jene Fälle beschränkt, in denen der unterhaltspflichtige Vater bzw. die unterhaltspflichtige Mutter oder die aufgrund des Artikels 336 des Zivilgesetzbuches unterhaltspflichtige Person sich während zwei - aufeinanderfolgenden oder nicht aufeinanderfolgenden - Zeiträumen im Laufe der zwölf Monate, die dem Antrag vorausgehen, der Unterhaltspflicht entzogen hat, die ihm bzw. ihr auferlegt worden ist, und zwar entweder durch eine vollstreckbare gerichtliche Entscheidung oder durch eine Vereinbarung im Sinne von Artikel 1288 Nr. 3 des Gerichtsgesetzbuches nach erfolgter Eintragung der Ehescheidung bzw. der Trennung von Tisch und Bett im gegenseitigen Einverständnis, und sich nicht auf alle Fälle erstreckt, in denen ein Unterhaltspflichtiger seine Unterhaltspflicht dem unterhaltsberechtigten Kind gegenüber nicht nachkommt?
« Schendt artikel 68bis, § 2, 2°, van de organieke wet van 8 juli 1976 betreffende de openbare centra voor maatschappelijk welzijn (zoals ingevoegd bij artikel 1 van de wet van 8 mei 1989 en gewijzigd bij artikel 200 van de wet van 29 december 1990) de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, door te voorzien dat het toekennen door het openbaar centrum voor maatschappelijk welzijn van voorschot van onderhoudsgelden wordt beperkt tot de gevallen wanneer de onderhoudsplichtige vader of moeder, of de krachtens artikel 336 van het Burgerlijk Wetboek onderhoudsplichtige persoon, zich gedurende twee al dan niet opeenvolgende - termijnen in de loop van de twaalf maanden die de aanvraag voorafgaan, onttrokken hebben aan de verplichting tot betaling van het onderhoudsgeld dat hem of haar ten laste is gelegd, hetzij bij een uitvoerbare gerechtelijke beslissing, hetzij bij een overeenkomst bedoeld bij artikel 1288, 3°, van het Gerechtelijk Wetboek, na overschrijving van de echtscheiding of scheiding van tafel en bed door onderlinge toestemming, en niet van toepassing is op alle tegenover het onderhoudsgerechtigde kind in gebreke blijvende onderhoudsplichtigen ?