Vertaling van "gestaltet sein könnten " (Duits → Nederlands) :

Die weiterhin bestehenden Kontrollen an der Grenze selbst könnten so gestaltet sein, dass die Nutzung automatischer Kontrollgates möglich ist.
De aan de grens te handhaven controles zouden zo kunnen worden vastgesteld dat zij de weg vrijmaken voor het gebruik van automatische poorten.

ab) würdigt die zentrale Rolle Indonesiens und der EU bei der Eindämmung des Klimawandels angesichts ihrer geopolitischen und wirtschaftlichen Bedeutung, ihrer territorialen Größe und der Bevölkerungszahl; begrüßt die wachsende Rolle Indonesiens bei den internationalen Verhandlungen zum Klimawandel; lobt die 2009 verkündeten ehrgeizigen Pläne Indonesiens zur Verringerung der Zunahme der Emissionen und seinen Aufruf zu internationaler Unterstützung, um so dabei behilflich zu sein, dass es noch stärkere Senkungen erreicht; stellt fest, dass Rodungen und die Änderung der Landnutzung in erster Linie für die Treibhausgasemissionen in Indonesien verantwortlich sind, der wachsende Energiesektor die Forstwirtschaft aber voraussichtlich bis 2027 überholt haben wird; ruft deshalb die Parteien des PKA auf, umgehend institutionalisierte bilaterale Kooperationsmechanismen gemäß Artikel 23 des PKA zur Energie zu installieren, die nach dem Vorbild der UK Climate Change Unit (UKCCU) Indonesia, die 2011 eingerichtet wurde, gestaltet werden könnten, um die Energieversorgung zu diversifizieren, indem neue und erneuerbare Formen von Energie entwickelt werden und deren Übertragungsinfrastruktur aufgebaut wird, um die Stätten der Erzeugung von Energie aus erneuerbaren Quellen mit Zentren der Nachfrage zu verbinden und einen rationellen Energieverbrauch zu erreichen, dadurch den Klimawandel zu bekämpfen und eine nachhaltige Entwicklung zu fördern;
(a ter) erkent de belangrijke rol van Indonesië en de EU bij de bestrijding van de klimaatverandering, gezien hun geopolitieke en economische belang, territoriale omvang en inwonertal; is ingenomen met de steeds grotere rol van Indonesië in de internationale onderhandelingen over klimaatverandering; prijst het ambitieuze plan dat Indonesië in 2009 aankondigde om de toename van emissies terug te dringen en zijn oproep voor internationale steun om het land te helpen nog grotere reducties te verwezenlijken; merkt op dat ontbossing en veranderingen in landgebruik de belangrijkste veroorzakers van broeikasgasemissies in Indonesië zijn, maar dat de groeiende energiesector de bosbouw naar verwachting voor 2027 voorbij zal streven; roept daarom de partijen bij de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst op onmiddellijk een geïnstitutionaliseerd bilateraal samenwerkingsmechanisme op te richten uit hoofde van artikel 23 van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst inzake energie, naar het voorbeeld van de Climate Change Unit van het VK (UKCCU) voor Indonesië dat in 2011 is opgezet met het oog op de diversifiëring van energiebronnen door middel van de ontwikkeling van nieuwe en hernieuwbare vormen van energie en distributie-infrastructuren die hernieuwbare energie aan vraagcentra koppelen en die een rationeel energiegebruik verwezenlijken teneinde de klimaatverandering te bestrijden en duurzame ontwikkeling te bevorderen;

würdigt die zentrale Rolle Indonesiens und der EU bei der Eindämmung des Klimawandels angesichts ihrer geopolitischen und wirtschaftlichen Bedeutung, ihrer territorialen Größe und der Bevölkerungszahl; begrüßt die wachsende Rolle Indonesiens bei den internationalen Verhandlungen zum Klimawandel; lobt die 2009 verkündeten ehrgeizigen Pläne Indonesiens zur Verringerung der Zunahme der Emissionen und seinen Aufruf zu internationaler Unterstützung, um so dabei behilflich zu sein, dass es noch stärkere Senkungen erreicht; stellt fest, dass Rodungen und die Änderung der Landnutzung in erster Linie für die Treibhausgasemissionen in Indonesien verantwortlich sind, der wachsende Energiesektor die Forstwirtschaft aber voraussichtlich bis 2027 überholt haben wird; ruft deshalb die Parteien des PKA auf, umgehend institutionalisierte bilaterale Kooperationsmechanismen gemäß Artikel 23 des PKA zur Energie zu installieren, die nach dem Vorbild der UK Climate Change Unit (UKCCU) Indonesia, die 2011 eingerichtet wurde, gestaltet werden könnten, um die Energieversorgung zu diversifizieren, indem neue und erneuerbare Formen von Energie entwickelt werden und deren Übertragungsinfrastruktur aufgebaut wird, um die Stätten der Erzeugung von Energie aus erneuerbaren Quellen mit Zentren der Nachfrage zu verbinden und einen rationellen Energieverbrauch zu erreichen, dadurch den Klimawandel zu bekämpfen und eine nachhaltige Entwicklung zu fördern;
erkent de belangrijke rol van Indonesië en de EU bij de bestrijding van de klimaatverandering, gezien hun geopolitieke en economische belang, territoriale omvang en inwonertal; is ingenomen met de steeds grotere rol van Indonesië in de internationale onderhandelingen over klimaatverandering; prijst het ambitieuze plan dat Indonesië in 2009 aankondigde om de toename van emissies terug te dringen en zijn oproep voor internationale steun om het land te helpen nog grotere reducties te verwezenlijken; merkt op dat ontbossing en veranderingen in landgebruik de belangrijkste veroorzakers van broeikasgasemissies in Indonesië zijn, maar dat de groeiende energiesector de bosbouw naar verwachting voor 2027 voorbij zal streven; roept daarom de partijen bij de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst op onmiddellijk een geïnstitutionaliseerd bilateraal samenwerkingsmechanisme op te richten uit hoofde van artikel 23 van de partnerschaps- en samenwerkingsovereenkomst inzake energie, naar het voorbeeld van de Climate Change Unit van het VK (UKCCU) voor Indonesië dat in 2011 is opgezet met het oog op de diversifiëring van energiebronnen door middel van de ontwikkeling van nieuwe en hernieuwbare vormen van energie en distributie-infrastructuren die hernieuwbare energie aan vraagcentra koppelen en die een rationeel energiegebruik verwezenlijken teneinde de klimaatverandering te bestrijden en duurzame ontwikkeling te bevorderen;

7. hält einen verbesserten Zugang zu öffentlichen Aufträgen für notwendig; ist besorgt über die vergleichsweise protektionistische Politik und Gesetzgebung Chinas im öffentlichen Auftragswesen; betont, dass die EU ihren Druck auf China mit seinen aufstrebenden Märkten aufrechterhalten muss, insbesondere was Chinas schnellen Beitritt zum Übereinkommen über das öffentliche Beschaffungswesen (GPA) angeht, um sicherzustellen, dass die Verfahren des öffentlichen Auftragswesens internationalen Standards entsprechen und um kalkulierbare Bedingungen für die Bieter zu schaffen; befürwortet es, dass die Kommission überprüfen will, welche Maßnahmen für gleiche Wettbewerbsbedingungen, d.h. einen gerechten Zugang zum öffentlichen Auftragswesen für EU-Unternehmen in Drittländern und umgekehrt, erforderlich sind; macht allerdings darauf aufmerksam, dass diese Maßnahmen so gestaltet sein müssen, dass sie nicht zu unangemessenen neuen Marktabschottungen führen, die negativ auf die europäische Industrie und die globalen Handelsbeziehungen der EU zurückwirken könnten;
7. benadrukt de behoefte aan een betere toegang tot overheidsopdrachten; is bezorgd over het relatief protectionistische karakter van het Chinese beleid en de Chinese wetgeving inzake overheidsopdrachten; benadrukt dat de EU druk moet blijven uitoefenen op China met zijn opkomende markten, in het bijzonder wat betreft zijn snelle toetreding tot de WTO-Overeenkomst inzake overheidsopdrachten (GPA), om te bewerkstelligen dat de procedures voor overheidsopdrachten voldoen aan de internationale normen en om voor onderaannemers voorspelbare voorwaarden te creëren; steunt de door de Commissie door te voeren herziening van de maatregelen die nodig zijn om een gelijk speelveld te creëren wat betreft eerlijke toegang tot aanbestedingsprocedures in derde landen voor EU-bedrijven en vice versa; wijst er evenwel op dat deze maatregelen zo moeten worden opgezet dat zij niet tot ongewenste nieuwe vormen van marktcompartimentering leiden, die op hun beurt weer een negatieve uitwerking kunnen hebben op de Europese industrie en de mondiale handelsbetrekkingen van de EU;

12. bedauert die Tatsache, dass die Verfahren zur Vergabe öffentlicher Aufträge der wichtigsten Partner der EU nicht so offen wie die der EU sind; unterstützt ausdrücklich die Arbeiten der Kommission, die auf eine Überarbeitung der EU-Rechtsvorschriften über die Vergabe öffentlicher Aufträge gerichtet sind, insbesondere die Einführung von Maßnahmen, die erforderlich sind, um einen gerechten Zugang von EU-Unternehmen zu Auftragsvergabeverfahren in Drittländern bzw. von Unternehmen aus Drittländern zu Auftragsvergabeverfahren in der EU auf der Grundlage des Grundsatzes der Gegenseitigkeit zu gewährleisten und gleichzeitig die Position der Union bei ihren Verhandlungen über den Zugang von EU-Unternehmen zu Verfahren zur Vergabe öffentlicher Aufträge in Drittländern zu stärken; ist der Ansicht, dass in diesem Bereich Gegenseitigkeit zwischen der EU, den Industrieländern und den wichtigsten Partnern unter den Schwellenländern erforderlich ist; macht allerdings darauf aufmerksam, dass diese Maßnahmen so gestaltet sein müssen, dass sie nicht zu unangemessenen neuen Marktabschottungen führen, die ihrerseits negativ auf die europäische Wirtschaft und deren globale Handelsbeziehungen zurückwirken könnten; hält es deshalb für notwendig, im Hinblick auf die Vorlage von Vorschlägen für Rechtsvorschriften eine faktengestützte Politik zu betreiben, eingehende Folgenabschätzungen durchzuführen und die relativen Risiken und Vorteile für die Wirtschaft und die Akteure des öffentlichen Sektors in der EU zu bewerten; fordert die Kommission auf, spätestens bis Ende 2011 einen Legislativvorschlag vorzulegen, wie es in der Mitteilung zur Binnenmarktakte vorgesehen ist;
12. betreurt het feit dat de overheidsopdrachten van onze voornaamste partners minder toegankelijk zijn dan die van de Unie; ondersteunt ten stelligste de werkzaamheden van de Commissie om de EU-wetgeving inzake overheidsopdrachten te herzien, met name de invoering van maatregelen die nodig zijn om zowel te zorgen voor de billijke toegang van EU-ondernemingen tot aanbestedingsprocedures in derde landen enerzijds en van ondernemingen uit derde landen tot de aanbestedingsprocedures in de EU anderzijds op basis van het beginsel van wederkerigheid, als om de positie van de Unie te versterken in haar onderhandelingen over de toegang van Europese bedrijven tot overheidsopdrachten van derde landen; meent dat op dit gebied wederkerigheid tussen de EU, industrielanden en belangrijke opkomende partnerlanden nodig is; wijst niettemin op het feit dat deze maatregelen zo moeten worden opgezet dat zij niet tot een ongepaste nieuwe afgrendeling van de markt leiden, die op haar beurt weer een negatieve uitwerking op de Europese industrie en haar handelsbetrekkingen in de wereld kan hebben; onderstreept derhalve de noodzaak van een op feiten gebaseerde beleidsontwikkeling en van een gedegen evaluatie van de gevolgen ervan, alsmede van een evaluatie van de relatieve risico's en voordelen voor de belanghebbenden in het bedrijfsleven en bij de overheid in de EU met het oog op het indienen van wetgeving; dringt er bij de Commissie op aan uiterlijk eind 2011 een wetsvoorstel in te dienen, zoals uiteengezet in de mededeling over de Single Market Act;

7. stellt fest, dass Einsatzstrategien, z. B. Mechanismen zur Unterstützung erneuerbarer Energiequellen, in der Regel auf nationaler Ebene angewandt werden und eine Harmonisierung bislang noch nicht versucht wurde; räumt ein, dass die Harmonisierung bestehender Instrumente in der Praxis schwierig sein kann, ist jedoch der Auffassung, dass die erwartete umfangreiche Einführung von Strategien zum Einsatz von Technologien für saubere Energie in den nächsten fünf bis zehn Jahren die beträchtliche Chance bietet zu erkunden, wie diese Einsatzstrategien gestaltet sein könnten, um die Effizienzgewinne aus internationalem Handel zu maximieren; fordert die Kommission auf zu untersuchen, ob Raum für die Einbeziehung eines handelsorientierten Elements in ihren politischen Ansatz gegeben ist, der es ermöglicht, die Anstrengungen märkteübergreifend zu bündeln, die Kosten regionenübergreifend zu minimieren oder differenzierte Ansätze für Länder mit verschiedenem Entwicklungsstand beizubehalten; ist der Auffassung, dass eine solche Harmonisierung eine stärkere länderübergreifende Koordinierung ermöglichen und die Kosten dadurch reduzieren könnte, dass das Wachstum neuer ausländischer Märkte, insbesondere in Entwicklungsländern, gefördert würde;
7. merkt op dat toepassingsstrategieën, zoals steunmechanismen voor hernieuwbare energie, meestal ten uitvoer worden gelegd op nationaal niveau en dat nog niet getracht werd ze te harmoniseren; erkent dat de harmonisering van bestaande instrumenten moeilijk realiseerbaar kan zijn, maar is van mening dat de verwachte grootschalige introductie van toepassingsmaatregelen voor milieuvriendelijke energietechnologieën de komende 5 tot 10 jaar een belangrijke mogelijkheid biedt om te onderzoeken hoe deze maatregelen kunnen worden ontworpen om zoveel mogelijk aan efficiëntie te winnen door internationale handel; verzoekt de Commissie te onderzoeken of er ruimte is om een stuk handel op te nemen in haar beleidsaanpak, om het mogelijk te maken inspanningen tussen grotere markten te bundelen, de kosten over regio's heen te drukken of een verschillende aanpak te handhaven voor landen die zich in een verschillende staat van ontwikkeling bevinden; is van mening dat een dergelijke harmonisering de deur zou openzetten naar meer grensoverschrijdende coördinatie en de kosten kan drukken door de groei van nieuwe buitenlandse markten te stimuleren, vooral in ontwikkelingslanden;