Vertaling van "gegenüber straffälligen minderjährigen ergriffen " (Duits → Nederlands) :

Daher wollte die Regierung einheitliche Regeln aufrechterhalten für die gerichtlichen Schutzmassnahmen, die gegenüber straffälligen Minderjährigen ergriffen werden » (Parl. Dok., Kammer, Sondersitzungsperiode 1988, Nr. 516/6, S. 111).
De Regering heeft daarom eenvormige regels willen behouden voor de gerechtelijke beschermingsmaatregelen die ten aanzien van delinquente minderjarigen worden genomen » (Parl. St., Kamer, B.Z. 1988, nr. 516/6, p. 111).

Das Elternpraktikum gehört nicht zu der Ausnahme, die zugunsten der Föderalbehörde vorgesehen und in Artikel 5 § 1 II Nr. 6 Buchstabe d) des Sondergesetzes vom 8. August 1980 erwähnt ist, nämlich die « Festlegung der Massnahmen, die gegenüber Minderjährigen ergriffen werden können, die eine als Straftat qualifizierte Tat begangen haben ».
De ouderstage maakt geen deel uit van de ten behoeve van de federale overheid in artikel 5, § 1, II, 6°, d), van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 vermelde uitzondering, namelijk : « de opgave van de maatregelen die kunnen worden genomen ten aanzien van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd ».

Aufgrund des bereits erwähnten Artikels 5 § 1 II Nr. 6 Buchstabe d) des Sondergesetzes vom 8. August 1980 stellt die « Festlegung der Massnahmen, die gegenüber Minderjährigen ergriffen werden können, die eine als Straftat qualifizierte Tat begangen haben » eine der Ausnahmen dar, für die die Föderalbehörde zuständig ist.
Krachtens het reeds vermelde artikel 5, § 1, II, 6°, d), van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 is « de opgave van de maatregelen die kunnen worden genomen ten aanzien van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd » één van de uitzonderingen waarvoor de federale overheid bevoegd is.

Gemäss Artikel 5 § 1 II Nr. 6 Buchstabe d) des Sondergesetzes vom 8. August 1980 zur Reform der Institutionen sind die Gemeinschaften für die Regelung des Jugendschutzes zuständig, mit Ausnahme der Festlegung der Massnahmen, die gegenüber Minderjährigen ergriffen werden können, die eine als Straftat qualifizierte Tat begangen haben, und die ausschliesslich eine föderale Zuständigkeit bleibt.
Naar luid van artikel 5, § 1, II, 6°, d), van de bijzondere wet van 8 augustus 1980 tot hervorming der instellingen zijn de gemeenschappen bevoegd om de jeugdbescherming te regelen, met uitzondering van de opgave van de maatregelen die kunnen worden genomen ten aanzien van minderjarigen die een als misdrijf omschreven feit hebben gepleegd, die uitsluitend een federale bevoegdheid blijft.

2. « Falls der Schiedshof die erste Frage verneinend beantworten würde: Verstossen das Gesetz vom 21. Dezember 1998 über die Sicherheit bei Fussballspielen im Allgemeinen, auch in der durch das Gesetz vom 10. März 2003 abgeänderten Fassung, und insbesondere die Artikel 23bis, 24 letzter Absatz, 26 § 2 und 31 § 2 dieses Gesetzes gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung, insofern diese Bestimmungen den vom König bestimmten Beamten dazu ermächtigen, als zuständige Verwaltungsbehörde die in Artikel 24 letzter Absatz bestimmte Sanktion zu verhängen, während für die gleichen als Straftat geltenden Tatbestände, die zu einer strafrechtlichen Untersuchung bzw. strafrechtlichen Verfolgung führen würden, ausschliesslich die Staatsanwaltschaft beim Jugendgericht zuständig ist, den Jugendrichter oder das Jugendgericht zu befassen, damit einem Minderjährigen gegenüber die im Jugendschutzgesetz vorgesehenen Massnahmen ergriffen werden?
2. « Indien het Arbitragehof de eerste vraag ontkennend zou beantwoorden : Schendt de wet van 21 december 1998 betreffende de veiligheid bij voetbalwedstrijden in het algemeen, zelfs gewijzigd bij de wet van 10 maart 2003, en in het bijzonder de artikelen 23bis, 24, laatste lid, 26, § 2, en 31, § 2, ervan, de artikelen 10 en 11 van de Grondwet, in zoverre die bepalingen de door de Koning aangewezen ambtenaar ertoe machtigen als bevoegde administratieve instantie de in artikel 24, laatste lid, bepaalde sanctie op te leggen, terwijl voor diezelfde, als misdrijf omschreven feiten, die tot een strafonderzoek of een strafvervolging aanleiding zouden geven, alleen het openbaar ministerie bij de jeugdrechtbank bevoegd is om een zaak bij de jeugdrechter of de jeugdrechtbank aanhangig te maken, teneinde ten aanzien van een minderjarige de bij de wet betreffende de jeugdbescherming vastgestelde maatregelen te nemen ?