Vertaling van "eu-geber könnten ihre effizienz jedoch weiter " (Duits → Nederlands) :

3. Die EU-Geber könnten ihre Effizienz jedoch weiter verbessern: 68 Partnerländer erhielten im Durchschnitt weniger als 3 Mio. EUR pro Geber.
3. EU-donoren zouden wellicht mogelijkheden hebben om efficiënter te werk te gaan: 68 partnerlanden ontvingen per donor gemiddeld minder dan 3 miljoen euro.

Die EU-Geber könnten ihre Effizienz jedoch weiter verbessern, ob gemeinsam oder einzeln, und ihre Komplementarität vor Ort unter der Führung der Partnerländer verstärken.
EU-donoren konden, hetzij gezamenlijk of individueel, doelmatiger te werk gaan en onder leiding van partnerlanden hun complementariteit in het veld versterken.

Entwicklung gemeinsamer Grundsätze und wechselseitige Öffnung von Programmen zur Steigerung von Effizienz und Wirkung der öffentlichen Förderung | Weitere Fortschritte könnten durch gemeinsame Grundsätze für Peer-Review, Qualitätssicherung und die gemeinsame Evaluierung europäischer, nationaler und regionaler Programme und Agenturen erreicht werden, die zur Vereinfachung der Forschungsförderung in Europa beitragen und ihre Effizienz und Wirkung steigern würden.
Bevordering van gemeenschappelijke grondslagen en wederzijdse openstelling van programma’s voor efficiëntere en effectievere publieke financiering | Verdere vooruitgang zou gestalte kunnen krijgen in de vorm van gemeenschappelijke grondslagen voor collegiale toetsing, kwaliteitsgaranties en gemeenschappelijke beoordeling van Europese, landelijke en regionale programma's en agentschappen. Dit zou bijdragen tot vereenvoudiging en een betere efficiency en effectiviteit van onderzoeksfinanciering in Europa.

Humanitäre Helfer sollten jedoch weiter von Berichtspflichten ausgenommen werden, die ihre Neutralität, Unparteilichkeit und Unabhängigkeit beeinträchtigen oder dem humanitären Zugang abträglich sein könnten.
Humanitair personeel moet vrijgesteld blijven van een rapportageverplichting die hun neutraliteit, onpartijdigheid en onafhankelijkheid in het gedrang zou brengen of de toegang tot de getroffen bevolking zou bemoeilijken.

16. begrüßt die Führungsrolle der EU und ihrer Mitgliedstaaten bei diesem internationalen humanitären Einsatz; erklärt sich jedoch nach wie vor besorgt darüber, dass die humanitären Bedürfnisse der Bevölkerung immer noch schneller ansteigen, als internationale Hilfe bereitgestellt wird; fordert die internationale Gemeinschaft auf, ihre humanitären Bemühungen weiter zu intensivieren, insbesondere in Anbetracht des strengen Winters; fordert alle Geber nachdrücklich auf, ihre Zusagen einzuhalten und so schnell wie möglich Hilfe zu leisten; fordert, dass die EU ihre Beiträge zu den humanitären Hilfsprogrammen der Vereinten Nationen aufstockt und stärker mit internationalen Organisationen zusammenarbeitet;
16. is verheugd dat de EU en haar lidstaten een leidende rol spelen bij de internationale humanitaire respons; is echter nog steeds verontrust over het feit dat de humanitaire behoeften van de bevolking veel groter blijven dan de internationale respons; vraagt de internationale gemeenschap haar humanitaire inspanningen nog op te voeren, met name nu er een strenge winter heerst; verzoekt alle donoren hun toezeggingen na te komen en snel met hulpleveringen te komen; vraagt dat de bijdragen van de EU aan de humanitaire programma's van de VN worden verhoogd en dat de samenwerking met internationale organisaties wordt versterkt;

stellt fest, dass die Friedensfazilität für Afrika einen entscheidenden Beitrag zum Ausbau der dreiseitigen Partnerschaft zwischen den Vereinten Nationen, der EU und der AU leistet; vertritt die Auffassung, dass die Fazilität sowohl ein Ausgangspunkt als auch ein möglicher Hebel für die Schaffung einer engeren Partnerschaft zwischen EU und AU ist und sie sich für die AU und — über die AU — für die acht regionalen Wirtschaftsgemeinschaften als unentbehrlich erwiesen hat, was die Planung und Durchführung ihrer Einsätze anbelangt; vertritt die Auffassung, dass es von entscheidender Bedeutung ist, dass die EU-Organe und die Mitgliedstaaten sich weiterhin stark engagieren, wenn die Fazilität vollständig genutzt werden soll, und dass die AU mehr Effizienz und Transparenz bei der Verwendung der Mittel an den Tag legt; ist der Ansicht, dass die Friedensfazilität für Afrika hauptsächlich zur strukturellen Unterstützung und nicht nur für die Finanzierung des Solds afrikanischer Streitkräfte eingesetzt werden sollte; stellt fest, dass noch weitere Finanzierungsinstrumente genutzt werden, vertritt jedoch die Auffassung, dass die Fazilität aufgrund ihrer ausschließlichen Konzentration auf Afrika und ihrer eindeutigen Ziele von besonderer Bedeutung für Friedensunterstützungsmissionen in Afrika ist; ist der Ansicht, dass Organisationen der Zivilgesellschaft, deren Anliegen die Friedenskonsolidierung in Afrika ist, die Gelegenheit eingeräumt werden sollte, ihre Standpunkte einzubringen, und dass dies im Rahmen einer strategischeren Zusammenarbeit mit Organisationen der Zivilgesellschaft in den Bereichen Frieden und Sicherheit erfolgen sollte; ist nach wie vor besorgt angesichts der anhaltenden Probleme im Bereich der Finanzierung und der politischen Bereitschaft seitens der afrikanischen Staaten; nimmt die Schlussfolgerungen des Rates vom 24. September 2012 zur Kenntnis, in denen er „bekräftigt, dass künftig Alternativen zur Finanzierung aus dem Europäischen Entwicklungsfon ...
erkent dat de Vredesfaciliteit voor Afrika een essentiële bijdrage levert aan de ontwikkeling van het trilaterale partnerschap tussen de VN, de EU en de AU; meent dat deze Vredesfaciliteit zowel een startpunt als een mogelijke hefboom is voor een sterker partnerschap tussen de EU en de AU, en onmisbaar is gebleken voor de Afrikaanse Unie en, via de AU, voor de acht regionale economische gemeenschappen, om hun operaties te plannen en te leiden; acht het van vitaal belang dat de EU-instellingen en de lidstaten nauw betrokken blijven bij de Faciliteit, zodat deze optimaal wordt ingezet, en dat de AU niet alleen doeltreffender gebruikt maakt van de middelen van de Faciliteit, maar daarbij ook meer transparantie aan de dag legt; is van mening dat de Vredesfaciliteit voor Afrika zich moet concentreren op structurele ondersteuning, in plaats van op het betalen van de soldij van Afrikaanse strijdkrachten; erkent dat er andere financieringsmechanismen beschikbaar zijn, maar meent dat de Faciliteit gezien haar focus op Afrika en haar duidelijke doelstellingen van bijzonder belang is voor de PSO's in Afrika; meent dat organisaties uit het maatschappelijk middenveld die zich bezighouden met vredesopbouw in Afrika inspraak moeten krijgen, in het kader van een meer strategische samenwerking met deze organisaties op het gebied van vrede en veiligheid; blijft zich zorgen maken over de voortdurende financieringsproblemen van de Afrikaanse landen en over het gebrek aan politieke bereidheid van hun kant; wijst op de conclusies van de Raad van 24 september 2012, waarin wordt gesteld dat moet worden nagedacht over andere financieringsvormen voor de Vredesfaciliteit voor Afrika dan het EOF.

35. weist darauf hin, dass es für die Mitgliedstaaten und die Organe entscheidend ist, dass ihre Aktivitäten im Bereich der Entwicklungshilfe und der humanitären Hilfe besser koordiniert werden und dass sie zusammenarbeiten, um die Hilfe effektiver zu machen; verweist auf die Studie des Europäischen Parlaments vom Juni 2013 zu den Kosten des Verzichts auf Maßnahmen der EU in der Entwicklungshilfe, in der die Schätzung enthalten ist, dass bei den Transaktionskosten jährlich 800 Mio. EUR gespart werden könnten, wenn die Geber ihre Hilfsbemühungen auf eine geringere Anzahl von Ländern und Aktivitäten ausrichteten, und dass durch bessere länderübergreifende Zuweisungsmuster jährlich weitere 8,4 Mrd. EUR eingespart werden könnten;
35. wijst erop dat het van cruciaal belang is dat de lidstaten en de instellingen van de EU hun ontwikkelings- en humanitaire activiteiten beter coördineren en dat zij samenwerken om hun hulp doeltreffender te maken; wijst op de studie van het Europees Parlement van juni 2013 getiteld „De kosten van het uitblijven van een Europees optreden in het ontwikkelingsbeleid”, waarin werd geraamd dat er jaarlijks 800 miljoen euro bespaard zou kunnen worden op transactiekosten als donoren hun hulp op een kleiner aantal landen en activiteiten zouden toespitsen, en dat er jaarlijks nog eens 8,4 miljard euro zou kunnen worden bespaard via betere landoverschrijdende toewijzingspatronen;

8. betont, dass Chinas neue Rolle als wichtiger Finanzinvestor in Afrika in der EU einige Bedenken hervorgerufen hat; unterstreicht insbesondere, dass internationale Organisationen und bilaterale Hilfseinrichtungen der traditionellen Geber ihre Unterstützung zwar von verantwortungsvoller Regierungsführung abhängig gemacht haben, dass dies jedoch nicht für China gilt; befürchtet, dass sich die Bemühungen um eine bessere Regierungsführung und Verringerung der Korruption in Afrika durch den Einfluss Chinas entsprechend weiter verzögern könnten, insbesondere in seinen Partnerländern, die durch schwache Institutionen gekennzeichnet sind, wie Angola, Kongo, Nigeria und Sudan;
8. onderstreept dat China's rol als belangrijkste financieringsbron in Afrika aanleiding heeft gegeven tot bezorgdheid over een aantal zaken; onderstreept met name dat China, in tegenstelling tot internationale organisaties en bilaterale hulpagentschappen van traditionele donorlanden, die voor hun bijstand voorwaarden stellen inzake goed bestuur, geen voorwaarden stelt; vreest daarom dat de invloed van China de inspanningen om in Afrika het bestuur te verbeteren en corruptie te verminderen verder afzwakt, in het bijzonder in zijn partnerlanden met zwakke instellingen, zoals Angola, Congo, Nigeria en Soedan;

30. fordert die EU und ihre Mitgliedstaaten auf, in Abstimmung mit ihren Partnern etwas gegen die institutionelle Anomalie zu unternehmen, die darin besteht, dass die EU zwar mit einem großen Beitrag am Weltbank-Treuhandfonds beteiligt und sogar ein größerer Geber ist als jeder andere Mitgliedstaat und ihren operativen Partnerschaften mit der Bank in europäischen und afrikanischen Regionen eine große Bedeutung zukommt, sie jedoch nicht einmal Beobachterstatus im WB-Exekutivdirektorium innehat (nur im „ministerial policy committee“); unterstreicht die Bedeutung der EU als weltweit größter Geber und verweist insbesondere auf die Bemühungen der Union, ihre Hilfeprogramme zu koordinieren und abzugleichen und bestehende Fragmentierungen zu vermindern, speziell durch die Erklärung von Paris über die Wirksamkeit der Entwicklungshilfe und den Europäischen Konsens über die Entwicklungspolitik; verweist in Anbetracht dessen auf die Bedeutung weiterer Bemühungen um einen Sitz als Beobachter im Exekutivdirektorium und auf die Notwendigkeit, eine Reformierung der politisch veralteten Ländereinteilung in Gruppen anzustreben, um die EU-Mitgliedstaaten in einer einzigen Stimmrechtsgruppe zusammenzufassen; erinnert daran, dass das gleiche Prinzip der Zusammenfassung der Mitgliedstaaten in einer EU-Stimmrechtsgruppe auch für die wichtigsten multilateralen Entwicklungsbanken gelten sollte, insbesondere für die Asiatische Entwicklungsbank, die Interamerikanische Entwicklungsbank und die Afrikanische Entwicklungsbank;
30. verzoekt de EU en de lidstaten in overleg met hun partners een einde te maken aan de institutionele wanverhouding die erin bestaat dat de EU grote bijdragen levert aan de trustfondsen van de WB, feitelijk een grotere donor is dan welke lidstaat dan ook, en belangrijke operationele partnerschappen heeft met de Wereldbank in Europese en Afrikaanse gebieden, en desondanks nog niet eens de status van waarnemer heeft in de Raad van Bestuur van de Wereldbank (alleen maar in het ministeriële beleidscomité); wijst op het belang van de EU als grootste donor van de wereld en op de inspanningen van de Unie om haar hulpprogramma's te coördineren, af te stellen en de versplintering ervan te beperken, met name via de Verklaring van Parijs over de doeltreffendheid van hulpverlening en de Europese consensus over ontwikkeling; erkent tegen deze achtergrond het belang van de inspanningen die erop gericht zijn in de Raad van Bestuur de waarnemersstatus te verkrijgen en om in politiek opzicht achterhaalde landengroepen opnieuw in te delen door middel van het samenvoegen van EU-lidstaten in dezelfde kiesgroep; herinnert eraan dat hetzelfde beginsel van bundeling van lidstaten in een EU-kiesgroep moet gelden voor de voornaamste multilaterale ontwikkelingsbanken, met name de Aziatische Ontwikkelingsbank, de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank en de Afrikaanse Ontwikkelingsbank;

29. fordert die EU und ihre Mitgliedstaaten auf, in Abstimmung mit ihren Partnern etwas gegen die institutionelle Anomalie zu unternehmen, die darin besteht, dass die EU zwar mit einem großen Beitrag am Weltbank-Treuhandfonds beteiligt und sogar ein größerer Geber ist als jeder andere Mitgliedstaat und ihren operativen Partnerschaften mit der Bank in europäischen und afrikanischen Regionen eine große Bedeutung zukommt, sie jedoch nicht einmal Beobachterstatus im WB-Exekutivdirektorium innehat (nur im „ministerial policy committee“); unterstreicht die Bedeutung der EU als weltweit größter Geber und verweist insbesondere auf die Bemühungen der Union, ihre Hilfeprogramme zu koordinieren und abzugleichen und bestehende Fragmentierungen zu vermindern, speziell durch die Erklärung von Paris über die Wirksamkeit der Entwicklungshilfe und den Europäischen Konsens über die Entwicklungspolitik; verweist in Anbetracht dessen auf die Bedeutung weiterer Bemühungen um einen Sitz als Beobachter im Exekutivdirektorium und auf die Notwendigkeit, eine Reformierung der politisch veralteten Ländereinteilung in Gruppen anzustreben, um die EU-Mitgliedstaaten in einer einzigen Stimmrechtsgruppe zusammenzufassen; erinnert daran, dass das gleiche Prinzip der Zusammenfassung der Mitgliedstaaten in einer EU-Stimmrechtsgruppe auch für die wichtigsten multilateralen Entwicklungsbanken gelten sollte, insbesondere für die Asiatische Entwicklungsbank, die Interamerikanische Entwicklungsbank und die Afrikanische Entwicklungsbank;
29. verzoekt de EU en de lidstaten in overleg met hun partners een einde te maken aan de institutionele wanverhouding die erin bestaat dat de EU grote bijdragen levert aan de trustfondsen van de WB, feitelijk een grotere donor is dan welke lidstaat dan ook, en belangrijke operationele partnerschappen heeft met de Wereldbank in Europese en Afrikaanse gebieden, en desondanks nog niet eens de status van waarnemer heeft in de Raad van Bestuur van de Wereldbank (alleen maar in het ministeriële beleidscomité); wijst op het belang van de EU als grootste donor van de wereld en op de inspanningen van de Unie om haar hulpprogramma's te coördineren, af te stellen en de versplintering ervan te beperken, met name via de Verklaring van Parijs over de doeltreffendheid van hulpverlening en de Europese consensus over ontwikkeling; erkent tegen deze achtergrond het belang van de inspanningen die erop gericht zijn in de Raad van Bestuur de waarnemersstatus te verkrijgen en om in politiek opzicht achterhaalde landengroepen opnieuw in te delen door middel van het samenvoegen van EU-lidstaten in dezelfde kiesgroep; herinnert eraan dat hetzelfde beginsel van bundeling van lidstaten in een EU-kiesgroep moet gelden voor de voornaamste multilaterale ontwikkelingsbanken, met name de Aziatische Ontwikkelingsbank, de Inter-Amerikaanse Ontwikkelingsbank en de Afrikaanse Ontwikkelingsbank;