(1) Zu Beginn des Fischwirtschaftsjahres entwirft jede Erzeugerorganisation für die in den Anhängen I, IV und V aufgeführten Arten eine Planung desselben und legt diese den zuständigen Behörden des Mitgliedstaats vor; sie umfaßt:
1. Aan het begin van het visseizoen legt elke producentenorganisatie aan de bevoegde autoriteiten van de lidstaat een door haar opgesteld werkprogramma voor het visseizoen met betrekking tot de in de bijlagen I, IV en V genoemde soorten voor, dat de volgende elementen omvat: