Die Rechte auf Arbeit, auf freie Wahl einer Berufstätigkeit und auf Handels- und Gewerbefreiheit, die von den klagenden Parteien angeführt werden, dürfen nicht als unbegrenzte Freiheiten verstanden werden.
De rechten op arbeid, op de vrije keuze van een beroepsactiviteit en op de vrijheid van handel en nijverheid, die door de verzoekende partijen zijn aangevoerd, kunnen niet als onbeperkte vrijheden worden opgevat.