« Ausser bei Beweis des Gegenteils durch den Arbeitgeber wird davon ausgegangen, dass die Teilzeitarbeitnehmer in Ermangelung der Eintragung in die in den Artikeln 160, 162 und 165 vorgesehenen Dokumente oder bei Nichtverwendung der in Artikel 164 vorgesehenen Vorrichtungen ihre Leistungen entsprechend den Arbeitszeitplänen erbracht haben, die auf die in den Artikeln 157 bis 159 vorgesehene Weise offengelegt wurden.
« Behoudens bewijs van het tegendeel dat door de werkgever wordt aangebracht, worden de deeltijdse werknemers vermoed bij ontstentenis van inschrijving in de documenten bedoeld bij de artikelen 160, 162 en 165 of bij gebrek aan gebruik van de apparatuur bedoeld in artikel 164, hun prestaties te hebben verricht overeenkomstig de werkroosters die openbaar zijn gemaakt op de wijze bedoeld bij de artikelen 157 tot 159.