Die Europäische Union nimmt mit Bedauern zur Kenntnis, daß der türkische Verfassungsgerichtshof am 16. Januar 1998 beschlossen hat, die Auflösung der Wohlfahrtspartei anzuordnen, ihr Eigentum zu beschlagnahmen und es einer Reihe gegenwärtiger oder ehemaliger Mitglieder dieser Partei für einen Zeitraum von fünf Jahren zu untersagen, dem türkischen Parlament anzugehören bzw. weiter politischen Tätigkeiten nachzugehen.
De Europese Unie betreurt het besluit van het Turkse Constitutionele Hof van 16 januari 1998 om over te gaan tot opheffing van de welvaartspartij, de inbeslagneming van haar eigendommen en om bepaalde huidige en vroegere leden van die partij voor vijf jaar hun lidmaatschap van het Turkse parlement of het recht op verdere politieke activiteiten te ontzeggen.
