In bezug auf die Diskriminierung gegenüber der Region Brüssel-Hauptstadt vertritt die klagende Partei den Standpunkt, dass man sich der Argumentation des Ministerrates in bezug auf die föderale Beschaffenheit des Sachbereichs nicht anschliessen könne, weil der Klagegrund nicht aus dem Verstoss gegen die Regeln der Zuständigkeitsverteilung, sondern gegen die Artikel 10 und 11 der Verfassung abgeleitet sei.
Wat de discriminatie ten aanzien van het Brusselse Hoofdstedelijke Gewest betreft, is de verzoekende partij van mening dat de argumentatie van de Ministerraad met betrekking tot de federale aard van de aangelegenheid niet kan worden gevolgd, omdat het middel niet is afgeleid uit de schending van de bevoegdheidverdelende regels maar uit de schending van de artikelen 10 en 11 van de Grondwet.