29. wijst op het toenemende gevaar van de banden tussen criminele organisaties die in sommige landen in Zuidoost-Europa opereren en de criminele organisaties in dicht bij dit gebied gelegen lidstaten zoals Italië en Griekenland; constateert dat deze banden helaas een vruchtbare bodem vinden in illegale praktijken zoals smokkel, drugshandel en handel in clandestiene immigranten;
29. souligne le caractère de plus en plus dangereux des liens entre les organisations criminelles opérant dans certains pays de l'Europe du Sud-Est et celles opérant dans les États membres les plus proches de cette région, comme l'Italie et la Grèce; dénonce le fait que ces liens sont alimentés par des trafics illicites tels que la contrebande, le trafic de drogue et d'immigrés clandestins;
