Art. 152. Als eenmalige maatregel wordt het anciënniteitsverlof, dat door artikel 132 wordt ingevoegd in artikel 10, § 3 van het koninklijk besluit van 19 november 1998 betreffende de verloven en afwezigheden toegestaan aan de personeelsleden van de rijksbesturen, aan de, op het ogenblik van de inwerkingtreding van dit artikel, in dienst zijnde statutaire ambtenaren en contractuele personeelsleden van het Instituut, toegekend op basis van hun geldelijke anciënniteit, zonder rekening te houden met de eventuele vermindering met één derde van de lagere diensten in overeenstemming met art. 26, § 2 van het geldelijk statuut.
Art. 152. En guise de mesure unique, le congé d'ancienneté introduit par l'article 132 à l'article 10, § 3, de l'arrêté royal du 19 novembre 1998 relati
f aux congés et aux absences accordés aux membres du personnel des administrations de l'Etat, est
accordé aux agents statutaires et membres du personnel contractuels de l'Institut en service au moment de l'entrée en vigueur du présent article, sur la base de leur ancienneté pécuniaire, sans prendre en compte la réduction éventuelle d'un tiers des services inférieurs conformément à l'a
...[+++]rticle 26, § 2 du statut pécuniaire.