6. betreurt het dat het Russische leiderschap het Oostelijk Partnerschap als een bedreiging van zijn eigen politieke en economische belangen ziet en de gemeenschappelijke nabuurschap tot een gebied van confrontatie en wedijver heeft gemaakt; benadrukt dat Rusland daarentegen baat zal hebben bij de toename van de handel en de economische bedrijvigheid en dat de veiligheid van het land groter zal worden wanneer de buurregio stabiel en voorspelbaar is;
6. déplore que les dirigeants russes voient le partenariat oriental de l'Union européenne comme une menace pour leurs propres intérêts politiques et économiques et aient fait du voisinage commun un objet de d'affrontement et de rivalité; souligne que la Russie tirerait au contraire profit d'un accroissement des activités commerciales et économiques et qu'un voisinage stable et prévisible viendrait renforcer sa sécurité;