Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com

Traduction de «zich over de inbreng moet uitspreken » (Néerlandais → Français) :

Bij artikel 5 van de wet van 22 november 2013 werd de mogelijkheid om een zekerheid te eisen als schuldeiser van iedere vennootschap die deelneemt aan een inbreng van een algemeenheid of van een bedrijfstak, uitgebreid tot de schuldeisers « voor wier schuldvordering in rechte of via arbitrage een bezwaar werd ingesteld tegen de inbrengende vennootschap vóór de algemene vergadering die zich over de inbreng moet uitspreken ».

L'article 5 de la loi du 22 novembre 2013 a étendu la possibilité d'exiger une sûreté, en tant que créanciers de sociétés participant à un apport d'universalité ou de branche d'activité, aux créanciers « dont la créance fait l'objet d'une réclamation contre la société apporteuse, introduite en justice ou par voie d'arbitrage avant l'assemblée générale appelée à se prononcer sur l'apport ».


Artikel 766 van het Wetboek van vennootschappen, zoals gewijzigd bij artikel 5 van de wet van 22 november 2013, bepaalt : « Ten laatste twee maanden nadat de akten tot vaststelling van de inbreng in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad zijn bekendgemaakt, kunnen de schuldeisers van iedere vennootschap die aan de verrichting deelneemt en van wie de vordering is ontstaan vóór die bekendmaking en nog niet is vervallen of voor wier schuldvordering in rechte of via arbitrage een bezwaar werd ingesteld tegen de inbrengende vennootschap vóór de algemene vergadering die zich over de inbreng moet uitspreken, niettegenstaande enig andersluidend ...[+++]

L'article 766 du Code des sociétés, tel qu'il a été modifié par l'article 5 de la loi du 22 novembre 2013, dispose : « Au plus tard dans les deux mois de la publication aux Annexes du Moniteur belge des actes constatant l'apport, les créanciers de chacune des sociétés qui participent à l'opération, dont la créance est antérieure à cette publication et n'est pas encore échue ou dont la créance fait l'objet d'une réclamation contre la société apporteuse, introduite en justice ou par voie d'arbitrage avant l'assemblée générale appelée à ...[+++]


In artikel 766, eerste lid, van hetzelfde Wetboek worden de woorden « of voor wier schuldvordering in rechte of via arbitrage een bezwaar werd ingesteld tegen de inbrengende vennootschap vóór de algemene vergadering die zich over de inbreng moet uitspreken » ingevoegd tussen de woorden « nog niet is vervallen » en de woorden « , niettegenstaande enig andersluidend beding ».

Dans l'article 766, alinéa 1 , du même Code, les mots « ou dont la créance fait l'objet d'une réclamation contre la société apporteuse, introduite en justice ou par voie d'arbitrage avant l'assemblée générale appelée à se prononcer sur l'apport, » sont insérés entre les mots « à cette publication et n'est pas encore échue » et « , peuvent exiger ».


Artikel 767, § 1, eerste lid, van hetzelfde Wetboek wordt aangevuld met de woorden « en voor de schulden waarvoor in rechte of via arbitrage een bezwaar werd ingesteld tegen de inbrengende vennootschap vóór de algemene vergadering die zich over de inbreng moet uitspreken ».

L'article 767, § 1 , alinéa 1 , du même Code, est complété par les mots « ainsi que des dettes faisant l'objet d'une réclamation contre la société apporteuse, introduite en justice ou par voie d'arbitrage avant l'assemblée générale appelée à se prononcer sur l'apport ».


Artikel 613 van het Wetboek van vennootschappen, zoals gewijzigd bij artikel 2 van de wet van 22 november 2013, bepaalt : « Indien de vermindering van het kapitaal geschiedt door een terugbetaling aan de aandeelhouders of door gehele of gedeeltelijke vrijstelling van de storting van het saldo van de inbreng, hebben de schuldeisers wier vordering ontstaan is vóór de bekendmaking, binnen twee maanden na de bekendmaking van het besluit tot vermindering van het kapitaal in de Bijlagen bij het Belgisch Staatsblad, het recht om, niettegenstaande enige andersluidende bepaling, een zekerheid te eisen voor de vorderingen die op het tijdstip van d ...[+++]

L'article 613 du Code des sociétés, tel qu'il a été modifié par l'article 2 de la loi du 22 novembre 2013, dispose : « Si la réduction du capital s'opère par un remboursement aux actionnaires ou par dispense totale ou partielle du versement du solde des apports, les créanciers dont la créance est née antérieurement à la publication, ont, dans les deux mois de la publication aux Annexes du Moniteur belge de la décision de réduction du capital, nonobstant toute disposition contraire, le droit d'exiger une sûreté pour les créances non encore échues au moment de cette ...[+++]


In de parlementaire voorbereiding van de in het geding zijnde wet wordt geen verantwoording gegeven voor het verschil in behandeling tussen beide categorieën van schuldeisers, wanneer zij beschikken over schuldvorderingen waarvoor in rechte of via arbitrage een bezwaar werd ingesteld vóór de algemene vergadering zich over de kapitaalvermindering moet uitspreken.

Les travaux préparatoires de la disposition en cause ne justifient pas la différence de traitement entre les deux catégories de créanciers lorsque ces derniers détiennent des créances faisant l'objet d'une réclamation en justice ou par voie arbitrale introduite avant l'assemblée générale appelée à se prononcer sur la réduction de capital.


Het Grondwettelijk Hof, samengesteld uit de voorzitters E. De Groot en J. Spreutels, en de rechters A. Alen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 3 juni 2015 in zake de gemeente Wommelgem tegen de bvba « Synergie », Sonja Kimpen en Marc De Jonck, Niels De Jonck en Arne De Jonck, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 9 juni 2015, heeft de voorzitter van de Rechtbank van Koophandel te Antwerpen, afdeling Antwerpen, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schendt de wet van 22 november 2013 tot wijzigi ...[+++]

La Cour constitutionnelle, composée des présidents E. De Groot et J. Spreutels, et des juges A. Alen, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président E. De Groot, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 3 juin 2015 en cause de la commune de Wommelgem contre la SPRL « Synergie », Sonja Kimpen et Marc De Jonck, Niels De Jonck et Arne De Jonck, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 9 juin 2015, le président du Tribunal de commerce d'Anvers ...[+++]


Deze wijzigingen handelden over de kostenverdeling ingeval een rechtscollege zich over eventuele geschillen moet uitspreken en over het schrappen van een juridische evidentie i.v.m. de inwerkingtreding.

Ces modifications avaient trait à la répartition des frais au cas où une juridiction devrait se prononcer sur des litiges éventuels et à la suppression d'une évidence juridique relative à l'entrée en vigueur.


Deze wijzigingen handelden over de kostenverdeling ingeval een rechtscollege zich over eventuele geschillen moet uitspreken en over het schrappen van een juridische evidentie i.v.m. de inwerkingtreding.

Ces modifications avaient trait à la répartition des frais au cas où une juridiction devrait se prononcer sur des litiges éventuels et à la suppression d'une évidence juridique relative à l'entrée en vigueur.


— Indien de rechtbank na de scheiding van twee ouders zich voor het eerst moet uitspreken over de verblijfsregeling van hun kind(eren) en vaststelt dat één van de ouders zich zonder gegronde redenen op enigerlei wijze, uitdrukkelijk of impliciet, verzet tegen een gebruikelijk omgangsrecht, beveelt de rechter een attitudeonderzoek, teneinde de wederzijdse bereidheid tot respect van de affectieve band van het kind met de andere ouder te peilen.

— Lorsque le tribunal est amené à se prononcer pour la première fois, après la séparation de deux parents, sur le régime de résidence de leur(s) enfant(s) et qu'il constate que, sans motif fondé, un des parents s'oppose de quelque manière que ce soit, explicitement ou implicitement, à l'exercice d'un droit de visite classique, le juge ordonne la réalisation d'une enquête d'attitudes afin de sonder la disposition de chacun des parents à respecter le lien affectif de l'enfant avec l'autre parent.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'zich over de inbreng moet uitspreken' ->

Date index: 2022-04-17
w