De lidstaten kunnen de samenwerking op operationeel niveau met andere lidstaten en/of derde landen aan de buitengrenzen voortzetten, onder meer met militaire operaties voor rechtshandhavingsdoeleinden en op het gebied van terugkeer, indien die samenwerking verenigbaar is met het optreden van het agentschap.
Les États membres peuvent poursuivre la coopération à un niveau opérationnel avec d'autres États membres et/ou des pays tiers aux frontières extérieures, y compris des opérations militaires dans le cadre d'une mission de maintien de l'ordre et dans le domaine du retour, lorsque cette coopération est compatible avec l'action de l'Agence.