8. Wanneer in een lidstaat afvalstoffen worden ontdekt van een overbrenging die niet kon worden voltooid, treft de bevoegde autoriteit die de rechtsmacht heeft over het gebied waarin de afvalstoffen zijn ontdekt, voorzieningen om de afvalstoffen veilig op te slaan in afwachting van hun terugzending of hun definitieve verwijdering of nuttige toepassing op alternatieve wijze zoals bedoeld in dit artikel.
8. Lorsque la présence de déchets faisant l'objet d'un transfert qui n'a pu être mené à son terme est constatée au sein d'un État membre, l'autorité compétente du ressort dans lequel cette présence a été observée est chargée de prendre des dispositions pour assurer le stockage sûr des déchets en attendant leur reprise ou leur élimination ou valorisation finale par d'autres moyens, ainsi que le prévoit le présent article.