Tenzij de uitbating van de voorziening uiterlijk bij het verstrijken van de geldigheidsduur van het attest wordt stopgezet, dient de beheersinstantie uiterlijk drie maanden voor die geldigheidsduur verstreken is, een aanvraag in tot het verkrijgen van een nieuw attest volgens de procedure, vermeld onder hoofdstuk 4.
Sauf si l'exploitation de la structure est arrêtée au plus tard au moment de l'échéance de la durée de validité, l'instance de gestion introduit, au plus tard trois mois avant l'échéance de ladite durée de validité, une demande d'obtention d'une nouvelle attestation suivant la procédure, citée au chapitre 4.