In de tweede prejudiciële vraag in de zaak nr. 4231 wordt het Hof verzocht te onderzoeken of de voormelde bepalingen een d
iscriminatie in het leven roepen ten aanzien van de werknemer die zijn arbeidsprestaties
heeft verminderd en wiens arbeidsovereenkomst zonder een dringende reden of een
voldoende reden met onmiddellijke ingang wordt beëindigd, en die recht heeft op een compenserende opzeggingsvergoeding en een forfaitaire besche
...[+++]rmingsvergoeding waarvan de bedragen in beide gevallen zullen worden vastgesteld op grond van het lopende loon dat overeenstemt met zijn verminderde activiteiten.
La deuxième question préjudicielle dans l'affaire n° 4231 invite la Cour à examiner si les dispositions précitées ne créent pas une discrimination à l'égard du travailleur qui a réduit ses prestations de travail, dont le contrat est résilié avec effet immédiat, sans motif grave ni motif suffisant, et qui a droit à une indemnité compensatoire de préavis et à une indemnité forfaitaire de protection dont les montants seront fixés dans les deux cas sur la base du traitement en cours correspondant à ses activités réduites.