4. betuigt zijn sympathie voor en solidariteit met de protesten van werknemers in Bangladesh en met name de protesten die volgden op de meest recente branden; benadrukt dat sociale rechten en werknemersrechten elementaire mensenrechten zijn die wereldwijd moeten worden geëerbiedigd en beschermd; betreurt ten zeerste dat dit in het mensenrechtenbeleid van de EU te vaak veronachtzaamd wordt;
4. exprime sa sympathie et sa solidarité envers les manifestations de travailleurs au Bangladesh et notamment avec les manifestations qui ont fait suite aux tout derniers incendies; souligne que les droits sociaux et les droits des travailleurs sont des droits fondamentaux de l'homme qu'il convient de respecter et de protéger de par le monde; déplore profondément que la politique de l'UE dans le domaine des droits de l'homme fasse trop souvent abstraction de cet aspect;