Als de commissaris uitspraak dient te doen over het gebruik van de niet-toewijsbare rechten, dan kan dat alleen maar nadat hij op voorhand heeft geverifieerd of de fondsen die de vennootschap wenst te verdelen volgens de bijzondere modaliteiten van artikel 69 van de Auteurswet, effectief overeenstemmen met de rechten waarvan met zekerheid blijkt dat de vennootschap ze niet kan toewijzen aan welbepaalde rechthebbenden, die al dan niet lid zijn.
En effet, si le commissaire doit se prononcer sur l'utilisation des droits non attribuables, il ne peut le faire qu'en ayant préalablement vérifié que les fonds que la société se propose de répartir selon les modalités particulières de l'article 69 de la loi relative au droit d'auteur et aux droits voisins correspondent effectivement à des droits que la société ne peut, de manière certaine, attribuer à des ayants droit déterminés, membres ou non membres.