7. benadrukt wederom het belang van een versterking van de rechtsstaat, goed bestuur, corruptiebestrijding en de eerbiediging van de mensenrechten en de fundamentele vrijheden in Egypte, met speciale aandacht voor de vrijheid van geweten, godsdienst, gedachte, meningsuiting, pers en media en vereniging, de rechten van de vrouw, gendergelijkheid, de bescherming van minderheden en de bestrijding van discriminatie op grond van seksuele geaardheid; herhaalt zijn oproep voor de opheffing van de noodtoestand in Egypte;
7. rappelle l'importance de renforcer l'État de droit, la bonne gouvernance, la lutte contre la corruption ainsi que le respect des droits de l'homme et des libertés fondamentales en Égypte, notamment dans leurs éléments concernant plus particulièrement la liberté de conscience, de religion et de pensée, la liberté d'expression, la liberté de la presse et des médias, la liberté d'association, le droit des femmes et l'égalité hommes-femmes, la protection des minorités ainsi que la lutte contre les discriminations fondées sur l'orientation sexuelle; renouvelle son appel à la levée de l'état d'urgence en Égypte;