Stel dat in het gewest Brussel twintig agenten van deze kredietinstelling actief zijn, in Wallonië honderd twintig en in Vlaanderen honderd zestig, dan is de verhouding te verkiezen handelsagenten als volgt : één voor Brussel (meer dan vijf procent van het totaal : artikel 1, § 3); vier vertegenwoordigers voor Wallonië en vijf voor Vlaanderen (samen dus tien).
Imaginons que vingt agents de cet établissement de crédit soient actifs dans la région de Bruxelles, cent vingt en Wallonie et cent soixante en Flandre. La proportion d'agents commerciaux à désigner dans les différentes régions est alors la suivante : un pour Bruxelles (le nombre d'agents qui y travaille représente en effet plus de cinq pour cent du total : article 1, § 3); quatre représentants pour la Wallonie et cinq pour la Flandre (soit dix en tout).