§ 1. Onder de voorwaarden vermeld in de Algemene Groepsvrijstellingsverordening en in dit besluit wordt steun toegekend aan installaties voor de benutting van restwarmte die aan een economisch aantoonbare vraag voldoet, gelegen in het Vlaamse gewest, waarvoor geen groenestroomcertificaten of warmtekrachtcertificaten werden toegekend of kunnen worden toegekend, en waarvoor geen steun voor de productie van nuttige groene warmte als bedoeld in artikel 7.4.1 werd toegekend of kan worden toegekend.
§ 1. Aux conditions mentionnées dans le Règlement général d'exemption par catégorie et dans le présent arrêté, une aide est accordée aux installations utilisant de la chaleur résiduelle qui répond à une demande économique justifiable, situées dans la Région flamande, pour lesquelles aucun certificat d'électricité écologique ou certificat de cogénération n'a été attribué ou ne peut être attribué et pour lesquelles aucune aide à la production de chaleur écologique utile, telle que visée à l'article 7.4.1, n'a été accordée ou ne peut être accordée.