Art. 2. Als het besluit van de burgemeester waarbij een woning ongeschikt of onbewoonbaar wordt verklaard, gepaard gaat met het opleggen van renovatie-, verbeterings- of aanpassingswerkzaamheden zoals vermeld in artikel 15, § 1, tweede lid, van de Vlaamse Wooncode, stelt de burgemeester de gewestelijke ambtenaar daarvan in kennis voor de termijn verstreken is die hij voor de uitvoering van die werkzaamheden heeft toegekend.
Art. 2. Si la décision du bourgmestre déclarant une habitation inadéquate ou inhabitable est assortie de l'imposition de travaux de rénovation, d'amélioration ou d'adaptation, visés à l'article 15, § 1, alinéa deux, du Code flamand du Logement, le Ministre en avise le fonctionnaire régional avant l'expiration du délai imparti pour l'exécution des travaux.