De aanvraag tot het verkrijgen van het overlevingspensioen als bedoeld bij artikel 4, 1, vijfde lid, van de wet van 20 juli 1990 of bij artikel 7, 1, vijfde lid, van het koninklijk besluit van 23 decembe
r 1996 moet door de langstlevende echtgenoot van de bij artikel 3, 6, van dezelfde wet of de bij artikel 5, 6, va
n hetzelfde besluit bedoelde werknemer worden ingediend ofwel na ofwel samen met de aanvraag van de overlevingspensioen
...[+++]en of als dusdanig geldende uitkeringen waarop hij krachtens een of meer van de bij artikel 3, 1, eerste lid, a), van dezelfde wet of bij artikel 5, 1, eerste lid, a), van hetzelfde besluit bedoelde regelingen aanspraak kan maken».
La demande d'octroi de la pension de survie au sens de l'article 4, 1er, alinéa 5, de la loi du 20 juillet 1990 ou de l'article 7, 1er, alinéa 5, de l'arrêté royal du 23 décembre 1996 doit être introduite par le conjoint survivant du travailleur salarié visé à l'article 3, 6, de la même loi ou à l'article 5, 6, du même arrêté, soit avant, soit simultanément à la demande des pensions de survie ou des prestations en tenant lieu auxquelles il peut prétendre en vertu d'un ou de plusieurs régimes visés à l'article 3, 1er, alinéa 1er, a), de la même loi ou de l'article 5, 1er, alinéa 1er, a), du même arrêté».