Hiermee gelijklopend kondigt artikel 6, § 1, van het koninklijk besluit van 12 augustus 2003 betreffende de voortgezette vorming van de officieren van het actief kader van de krijgsmacht en de beroepsproeven voor de bevordering tot de graad van majoor, aan dat de minister van Landsverdediging « een persoon die niet tot het ministerie van Landsverdediging behoort, kan toestaan het geheel of een deel van de cursussen van de voortgezette vorming te volgen ».
Parallèlement, l'article 6, § 1 , de l'arrêté royal du 12 août 2003 relatif à la formation continuée des officiers du cadre actif des forces armées et aux épreuves professionnelles pour l'avancement au grade de major énonce que le ministre de la Défense nationale peut « autoriser une personne n'appartenant pas au ministère de la Défense à suivre tout ou partie des cours de formation continuée ».