De in § 1, eerste lid, en § 2, eerste lid, bedoelde kandidaten die wensen gebruik te maken van hun voorrangsrecht moeten, op straffe van uitsluiting voor het desbetreffende boekjaar, hun kandidatuur indienen via aangetekend schrijven, voor 31 mei, bij de inrichtende macht waarbij zij voorrang hebben bekomen.
Les candidats visés au § 1, alinéa 1, et au § 2, alinéa 1, qui souhaitent faire usage de leur droit de priorité doivent, à peine de forclusion pour l'exercice concerné, introduire leur candidature par lettre recommandée, avant le 31 mai, auprès du pouvoir organisateur auprès duquel ils ont acquis une priorité.