4. Wanneer tussen een subsidie en de verwerving van vaste activa geen verband kan worden gelegd, wordt het bedrag van het voordeel dat tijdens het onderzoektijdvak werd verkregen in beginsel aan dat tijdvak toegerekend en over de kosten verdeeld als bepaald in lid 2, tenzij er zich buitengewone omstandigheden voordoen die toerekening aan een ander tijdvak rechtvaardigen.
4. Lorsque la subvention n’est pas accordée en vue de l’acquisition d’actifs immobilisés, le montant de l’avantage conféré au cours de la période d’enquête est en principe imputé à cette période et réparti conformément au paragraphe 2, à moins que des circonstances particulières ne justifient son imputation à une autre période.