Tenslotte wordt voor het burgerlijk recht van de Westerse landen een menselijk organisme slechts een « persoon », een volwaardig rechtssubject, als het levend en levensvatbaar geboren is.
Finalement, pour le droit civil des pays occidentaux, un organisme humain ne devient une « personne », pleinement sujet de droit, que lorsqu'il est né vivant et viable.