Art. 35. Wat de organisatie van de bij
artikel 23 bedoelde lestijden in het onderwijs betreft, beschikt elke Inrichtende Macht over een jaarlijkse dotatie van lestijden waarv
oor toelagen kunnen bekomen worden, berekend per onderwijsgebied volgens het aantal leerlingen dat op 1 oktober van het lopende schooljaar regelmatig ingeschreven was om de Kunsthumaniora te volgen
...[+++].
Art. 35. Pour l'organisation des périodes d'enseignement visées à l'article 23, chaque Pouvoir organisateur dispose d'une dotation annuelle de périodes de cours subventionnables calculée par domaine d'enseignement en fonction du nombre d'élèves régulièrement inscrits en Humanités artistiques au 1 octobre de l'année scolaire en cours.