« (1) De kinderbijslag wordt toegekend voor de eigen kinderen van de werknemer, voor de gemeenschappelijke kinderen van de werknemer en van zijn echtgeno(o)t(e) en voor de eigen kinderen van de echtgeno(o)t(e); het aantal rechtgevende kinderen is evenwel beperkt tot ten hoogste vier kinderen indien het werknemers betreft zoals beoogd in 4° van (4) van artikel 46».
« (1) Les allocations sont accordées pour les enfants propres du travailleur, pour les enfants communs du travailleur et de son conjoint et pour les enfants propres du conjoint; le nombre d'enfants bénéficiaires est toutefois limité à quatre enfants au plus, lorsqu'il s'agit des travailleurs visés au 4° du (4) de l'article 46».