De temperatuur van grondwater dat opnieuw wordt geïnjecteerd, bedraagt maximaal 25° C. Voor inrichtingen, vermeld in rubriek 53.6, 2°, van de indelingslijst, wordt de temperatuur van het geïnjecteerde grondwater via automatische registratie gevolgd.
La température des eaux souterraines ré-injectées, s'élève à 25° C au maximum. En ce qui concerne les établissements, visés à la rubrique 53.6, 2°, de la liste de classification, la température des eaux souterraines ré-injectées est contrôlée en permanence par enregistrement automatique.