De dertigste overweging van de richtlijn preciseert evenwel « dat geen enkele van deze maatregelen, bedoeld om het verwerven van de rechten te bevorderen, de contractuele aard van het verwerven van de distributierechten via de kabel in vraag stelt ».
Le 30 considérant de la directive précise toutefois « qu'aucune de ces mesures destinées à favoriser l'acquisition des droits ne remet en question le caractère contractuel de l'acquisition des droits de retransmission par câble ».