Wij weten nochtans maar al te goed dat de ogen gericht waren op de Unie zelf. Als erfgenaam van de ons bekende humanistische en culturele waarden en gesterkt door haar economische kracht en demografische dimensie verwachtte men van haar dat zij in eerste instantie ingreep en later bemiddelde.
Nous savons pourtant bien que c’était l’Union elle-même, héritière des valeurs humanistes et culturelles que nous connaissons et forte de sa puissance économique et de sa dimension démographique, qui était attendue pour jouer un rôle d’interposition d’abord, de médiation ensuite.