Omdat de vraag in de beoordelingsperiode en de analyseperiode aanzienlijk toenam, kan de door de bedrijfstak van de Gemeenschap in het OT geleden aanmerkelijke schade niet worden toegerekend aan de te verwaarlozen krimp van de vraag (– 0,5 %) op de communautaire markt tussen 2007 en het eind van het OT.
Vu la forte croissance de la demande sur la période considérée et la période analysée, le préjudice important subi par l’industrie communautaire au cours de la période d’enquête ne saurait être attribué à la contraction négligeable de la demande (- 0,5 %) observée sur le marché communautaire entre 2007 et la période d’enquête.