Het Hof heeft geoordeeld dat strafrechtelijke vervolging aanvaardbaar was wanneer de meningen werden verkondigd met de duidelijke bedoeling aan te zetten tot antisemitisme en tot haat jegens de slachtoffers van de shoah.
La Cour a estimé que la sanction pénale était admissible lorsque les faits relatés le sont dans l'objectif bien précis de susciter l'antisémitisme et la haine à l'égard des victimes de la Shoah.