Tabel 1 Voor instrumenten van de klassen II en III die dienen om een vervoertarief vast te stellen wordt het minimale weegvermogen verlaagd tot 5 e. 2.2. Afleeseenheden 2.2.1. De werkelijke afleeseenheid (d) en de ijkeenheid (e) moeten in de volgende vorm worden uitgedrukt : 1 x 10, 2 x 10 of 5 x 10 massa-eenheden, waarbij k een geheel getal of nul is.
2.2. Echelons 2.2.1. L'échelon réel (d) et l'échelon de vérification (e) se présentent sous la forme suivante : 1 x 10, 2 x 10 ou 5 x 10 unités de masse, k étant un nombre entier ou zéro.