De rapporteur is van mening dat in vergelijking met het gemeenschappelijk standpunt, het standpunt van het Parlement in eerste lezing strikter was en meer in overeenstemming met het belangrijkste doel van de verordening, namelijk vervanging van zeer problematische stoffen door veiliger alternatieve stoffen of technologieën, en dat dit standpunt dan ook nieuw leven moet worden ingeblazen.
Le rapporteur estime que, par rapport à la position commune, la position adoptée par le Parlement est plus rigoureuse et plus cohérente eu égard à la finalité essentielle du règlement - à savoir le remplacement des substances extrêmement problématiques par des substances ou des technologies plus sûres - et qu'elle doit être relancée.