Boost Your Productivity!Translate documents (Ms-Word, Ms-Excel, ...) faster and better thanks to artificial intelligence!
https://pro.wordscope.com
https://blog. wordscope .com
Niet-ontvankelijkheid van een onderwerp
Onderwerp
Onderwerp van de vordering
Onderwerping
Vermoeden van COVID-19
Vermoeden van conformiteit
Vermoeden van glaucoma
Vermoeden van infectie door SARS-CoV-2
Vermoeden van overeenstemming

Traduction de «vermoeden van onderwerping » (Néerlandais → Français) :

TERMINOLOGIE
voir aussi les traductions en contexte ci-dessous
vermoeden van conformiteit | vermoeden van overeenstemming

présomption de conformité








vermoeden van infectie door SARS-CoV-2

infection suspectée due au coronavirus 2 lié au SRAS (syndrome respiratoire aigu sévère)


vermoeden van COVID-19

infection suspectée due à SARS-CoV-2




persoon te wiens aanzien er een redelijk vermoeden bestaat dat hij is betrokken bij het plegen van een strafbaar feit

personne présumée avoir participé à un fait punissable pouvant donner lieu à extradition


niet-ontvankelijkheid van een onderwerp

irrecevabilité | question préalable


TRADUCTIONS EN CONTEXTE
Het vermoeden van onderwerping aan de sociale zekerheid van de werknemers kan door de kunstenaar worden omgekeerd wanneer hij aantoont dat de prestaties of producties niet zijn geleverd onder socio-economische voorwaarden die vergelijkbaar zijn met die welke gelden voor een werknemer ten opzichte van zijn werkgever.

La présomption d'assujettissement à la sécurité sociale des travailleurs salariés peut être renversée par l'artiste lorsqu'il prouve que les prestations ou productions ne sont pas fournies dans des conditions socio-économiques similaires à celles dans lesquelles se trouve un travailleur par rapport à son employeur.


1. Artikel 3, §1, lid 2, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen voert een weerlegbaar vermoeden van onderwerping aan het bedoelde sociaal statuut in ten aanzien van alle personen van wie de beroepsbezigheid in België inkomsten kan opleveren bedoeld in [artikel 23, § 1, 1° of 2°, of in [artikel 30, 2°] van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.].

1. L'article 3, §1er, alinéa 2 de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 organisant le statut social des travailleurs indépendants édicte une présomption réfragable d'assujettissement audit statut social à l'égard de toute personne dont l'activité professionnelle en Belgique est susceptible de produire des revenus visés à [l'article 23, § 1er, 1° ou 2°, ou à l'[article 30, 2°] du Code des impôts sur les revenus 1992.].


Dat artikel 1bis, ingevoegd in de wet van 27 juni 1969 bij de programmawet van 24 december 2002, voert een vermoeden van onderwerping aan de sociale zekerheid van de werknemers in voor de kunstenaars die in opdracht en tegen betaling van een loon prestaties leveren of werken produceren, zonder te zijn gebonden door een arbeidsovereenkomst met de opdrachtgever.

Cet article 1 bis, inséré dans la loi du 27 juin 1969 par la loi-programme du 24 décembre 2002, établit une présomption d'assujettissement à la sécurité sociale des travailleurs salariés des artistes qui fournissent des prestations ou produisent des oeuvres sur commande, contre rémunération, tout en n'étant pas liés par un contrat de travail avec le donneur d'ordre.


Artikel 3, § 1, lid 2, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen voert een weerlegbaar (fiscaal) vermoeden van onderwerping in het bedoelde sociaal statuut in ten aanzien van alle personen van wie de beroepsbezigheid in België inkomsten kan opleveren bedoeld in [artikel 23, § 1, 1° of 2°, of in [artikel 30, 2°] van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992.] Daaruit volgt dat jaarlijks gemiddeld 85.000 inkomsten van vermoede zelfstandigen, die niet tijdens de opgelegde fiscale periode aangesloten waren, door het RSVZ worden onderzocht.

L'article 3, § 1er, alinéa 2, de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 organisant le statut social des travailleurs indépendants édicte une présomption (fiscale) réfragable d'assujettissement audit statut social à l'égard de toute personne dont l'activité professionnelle en Belgique est susceptible de produire des revenus visés à [l'article 23, § 1er, 1° ou 2°, ou à l'[article 30, 2°] du Code des impôts sur les revenus 1992.] Il s'ensuit qu'annuellement 85.000 revenus de travailleurs indépendants présumés, non affiliés au cours de la période fiscale imposée, sont en moyenne, examinés par l'INASTI.


For more results, go to https://pro.wordscope.com to translate your documents with Wordscope Pro!
Artikel 3, § 1, lid 2, van het koninklijk besluit nr. 38 van 27 juli 1967 houdende inrichting van het sociaal statuut der zelfstandigen voert een weerlegbaar (fiscaal) vermoeden van onderwerping in het bedoelde sociaal statuut in ten aanzien van alle personen van wie de beroepsbezigheid in België inkomsten kan opleveren bedoeld in [artikel 23, § 1, 1° of 2°, of in [artikel 30, 2°] van het Wetboek van de inkomstenbelastingen 1992].

L'article 3, § 1er, alinéa 2 de l'arrêté royal n° 38 du 27 juillet 1967 organisant le statut social des travailleurs indépendants édicte une présomption (fiscale) réfragable d'assujettissement audit statut social à l'égard de toute personne dont l'activité professionnelle en Belgique est susceptible de produire des revenus visés à [l'article 23, § 1er, 1° ou 2°, ou à l'[article 30, 2°] du Code des impôts sur les revenus 1992].


Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet en R. Leysen, bijgestaan door de griffier F. Meersschaut, onder voorzitterschap van voorzitter E. De Groot, wijst na beraad het volgende arrest : I. Onderwerp van de prejudiciële vraag en rechtspleging Bij vonnis van 27 mei 2015 in zake Eduard Gaj tegen de gemeente Opglabbeek, waarvan de expeditie ter griffie van het Hof is ingekomen op 28 mei 2015, heeft de Arbeidsrechtbank te Antwerpen, afdeling Tongeren, de volgende prejudiciële vraag gesteld : « Schenden artikel 63 van de Arbeidsovereenkomstenwet van 3 juli 1978 en artikel 38 van de Wet Eenheidsstatuut van 26 dece ...[+++]

Moerman, E. Derycke, T. Merckx-Van Goey, P. Nihoul, F. Daoût, T. Giet et R. Leysen, assistée du greffier F. Meersschaut, présidée par le président E. De Groot, après en avoir délibéré, rend l'arrêt suivant : I. Objet de la question préjudicielle et procédure Par jugement du 27 mai 2015 en cause de Eduard Gaj contre la commune d'Opglabbeek, dont l'expédition est parvenue au greffe de la Cour le 28 mai 2015, le Tribunal du travail d'Anvers, division Tongres, a posé la question préjudicielle suivante : « L'article 63 de la loi du 3 juillet 1978 relative aux contrats de travail et l'article 38 de la loi du 26 décembre 2013 concernant l'introduction d'un statut unique entre ouvriers et employés violent-ils les articles 10 et 11 de la Constituti ...[+++]


Bij de wet van 25 april 2014 houdende diverse bepalingen inzake sociale zekerheid wordt het vroegere vermoeden in artikel 3, § 1, vierde lid van het koninklijk besluit nr. 38 met betrekking tot de onderwerping van mandatarissen van verenigingen of vennootschappen vervangen door de bepaling dat deze mandatarissen op weerlegbare wijze geacht worden een zelfstandige beroepsbezigheid uit te oefenen, en dat de zelfstandige beroepsbezigheid als mandataris op weerlegbare wijze geacht wordt plaats te vinden in België Bij artikel 3, § 2 wordt ...[+++]

La loi du 25 avril 2014 portant des dispositions diverses en matière de sécurité sociale remplace l'ancienne présomption de l'article 3, § 1er, al. 4 de l'arrêté royal n°38 concernant l'assujettissement des mandataires de sociétés par une présomption d'assujettissement et une présomption de localisation de l'activité en Belgique. L'article 3, § 2 habilite le Roi à déterminer la manière dont ces présomptions peuvent être renversées.


De toegang tot dergelijke lokalen is noodzakelijk wanneer er een gegrond vermoeden bestaat dat documenten en andere gegevens die met het onderwerp van een onderzoek verband houden, bestaan en zouden kunnen helpen om een inbreuk op deze richtlijn of Verordening (EU) nr. 600/2014 aan te tonen.

L’accès à ces locaux est nécessaire lorsqu’il existe un soupçon raisonnable que des documents et autres données relatifs à l’objet d’une enquête existent et peuvent se révéler importants pour apporter la preuve d’une violation de la présente directive ou du règlement (UE) no 600/2014.


De toegang tot dergelijke plaatsen is noodzakelijk wanneer er een gegrond vermoeden bestaat dat documenten en andere gegevens die met het onderwerp van een onderzoek verband houden, bestaan en zouden kunnen helpen bij het aantonen van een geval van handel met voorwetenschap of marktmisbruik.

L’accès à ces locaux est nécessaire lorsqu’on peut raisonnablement suspecter que des documents et d’autres données concernant l’objet d’une enquête existent et qu’ils peuvent être pertinents pour démontrer un cas d’opération d’initié ou d’abus de marché.


De vooruitzichten voor toenemende integratie in beide regio's zou steeds meer het onderwerp kunnen worden van de dialoog tussen Aziatische en Europese ASEM-partners, in het bijzonder indien Azië een grotere nadruk op regionale integratie in de zin heeft, zoals de recente bijeenkomst van "ASEAN plus Drie" in Manila doet vermoeden.

Le dialogue entre les partenaires asiatiques et européens de l'ASEM pourrait se concentrer davantage sur les perspectives d'intégration des deux régions, surtout si l'Asie envisage de mettre davantage l'accent sur l'intégration régionale comme le suggère le sommet "ANASE plus trois" qui s'est tenu récemment à Manille.




datacenter (28): www.wordscope.be (v4.0.br)

'vermoeden van onderwerping' ->

Date index: 2023-04-01
w