Overwegende dat Richtlijn 84/528/EEG van de Raad van 17 september 1984 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake gemeenschappelijke bepa
lingen voor hef- en verladingsapparatuur (5) als kaderrichtlijn dient voor twee bijzondere richtlijnen, namelijk Richtlijn 84/529/EEG en Richtlijn 86/663/EEG van de Raad van 22 december 1986 betreffende de onderlinge aanpassing van de wetgevingen der Lid-Staten inzake gemotoriseerde transportwerktuigen (6), die is ingetrokken bij Richtlijn 91/368/EEG van de Raad van 20 juni 1991 tot wijziging van Richtlijn 89/392/EEG inzake de onderlinge aanpassing van de wetgevingen v
...[+++]an de Lid-Staten betreffende machines (7); considérant que la directive 84/528/CEE du Conseil, du 17 septembre 1984, concernant le rapprochement des législations des États membres relatives aux dispositions commu
nes aux appareils de levage et de manutention (5), sert de directive-cadre à deux directives particulières, à savoir la directive 84/529/CEE et la directive 86/663/CEE du Conseil, du 22 décembre 1986, concernant le rapprochement des législations des États membres relatives aux chariots de manutention automoteurs (6), abrogée par la directive 91/368/CEE du Conseil, du 20 juin 1991, modifiant la directive 89/392/CEE, concernant le rapprochement des législations des États me
...[+++]mbres relatives aux machines (7);