Drie artikelen van de Grondwet bevestigen de fundamentele principes die deze verhouding bepalen : artikel 19 van de Grondwet waarborgt de vrijheid van eredienst, de vrije openbare uitoefening ervan, alsmede de vrijheid om op elk gebied zijn mening te uiten; artikel 20 bepaalt dat « Niemand kan worden gedwongen op enigerlei wijze deel te nemen aan handelingen en aan plechtigheden van een eredienst of de rustdagen ervan te onderhouden »; en artikel 21 zegt bovendien : « De Staat heeft niet het recht zich te bemoeien met de benoeming of de installatie der bedienaren van enige eredienst ».
Trois articles de la Constitution consacrent les principes fondamentaux qui régissent ces rapports: l'article 19 de la Constitution garantit la liberté des cultes, leur exercice public et la liberté de manifester ses opinions en toute matière; l'article 20 prévoit que « nul ne peut être contraint de concourir d'une manière quelconque aux actes et aux cérémonies d'un culte ni d'en observer les jours de repos »; l'article 21 stipule, par ailleurs, que « l'État n'a le droit d'intervenir ni dans la nomination ni dans l'installation des ministres d'un culte quelconque».