- in geval van aankoop van een gebouw, mag de landbouwer-aanvrager geen aanvraag om herziening van de voorlopige rechten hebben ingediend indien die gegrond zou zijn op een feitelijke vererving, een verwachte vererving, een erfopvolging bij wege van huuroverdracht, een fusie of splitsing van bedrijven of een privaatrechtelijke contractuele clausule bij grondoverdracht zoals bedoeld in artikel 3, paragraaf 21, punten 3°, 5° en 9°, van voornoemd besluit van de Waalse Regering van 23 februari 2006;
- dans le cas d'achat de bâtiment, l'agriculteur demandeur ne peut pas avoir introduit de demande de révision des droits provisoires fondée sur un héritage, un héritage anticipé, une succession par voie de cession de bail, une fusion d'exploitations, une scission d'exploitation ou une clause contractuelle privée en cas de transfert de terres visés à l'article 3, paragraphe 2, points 3°, 5° et 9°, de l'arrêté du Gouvernement wallon du 23 février 2006 précité;