« Art. 210. Wanneer degene die de in artikel 403, van hetzelfde Wetboek opgelegde storting niet heeft verricht, alsnog de vereiste storting uitvoert op verzoek van de administratie en binnen de door haar opgelegde termijn en wanneer het bewijs van storting wordt overgelegd, wordt de in artikel 404, § 1, van dat Wetboek bedoelde administratieve boete, voor ten hoogste drie overtredingen, verminderd tot een achtste, een vierde of de helft van die boete naargelang het respectievelijk een eerste, een tweede of een derde overtreding betreft».
« Art. 210. Lorsque celui qui n'a pas effectué le versement imposé par l'article 403 du même Code, effectue celui-ci à la demande de l'administration et dans le délai fixé par elle, et que la preuve de ce versement est produite, l'amende visée à l'article 404, § 1 dudit Code, est réduite, pour trois infractions au maximum, au huitième, au quart ou à la moitié de l'amende selon qu'il s'agit respectivement d'une première, d'une deuxième ou d'une troisième infraction. ».