Indien de aangezochte Belgische autoriteit niet binnen de in artikel 13 vastgestelde termijn van drie maanden de vereiste maatregelen neemt, stelt zij de verzoekende buitenlandse autoriteit zo spoedig mogelijk doch in elk geval binnen zeven dagen na het verstrijken van de genoemde termijn in kennis van de redenen waarom zij deze niet kan naleven».
Si l'autorité belge requise ne prend pas les mesures nécessaires dans le délai de trois mois prévu par l'article 13, elle informe l'autorité étrangère requérante par écrit dans les plus brefs délais et, en tout état de cause, au plus tard dans les sept jours suivant l'expiration de cette période, des motifs pour lesquels ce délai n'est pas respecté».