Wat betreft de toepassing van artikel 40, § 2, van het Gerechtelijk Wetboek in het kader van de betekening van deurwaardersexploten aan personen die geen bekende woonplaats of verblijfplaats hebben, verwijs ik naar de minister van Justitie, aangezien de interpretatie van bovenvermeld artikel tot zijn bevoegdheid behoort.
En ce qui concerne l'application de l'article 40, § 2, du Code judiciaire dans le cadre de la signification des exploits d'huissier aux personnes ne disposant d'aucun domicile ou résidence connu, je vous renvoie au ministre de la Justice, l'interprétation de cette disposition relevant de sa compétence.