Art. 7. Ieder gebruik van de bewapening op Belgisch grondgebied buiten de oefeningen, ieder schietincident, alsook iedere diefstal, verlies of beschadiging van de bewapening moet het voorwerp uitmaken van een geschreven verslag dat onmiddellijk aan de Divisie Veiligheidsinlichting en de veiligheidsofficier van de Algemene Dienst Inlichtingen en Veiligheid wordt overgemaakt.
Art. 7. Toute utilisation de l'armement sur le territoire belge en dehors des exercices, tout incident de tir, ainsi que tout vol, toute perte ou toute détérioration de l'armement doivent faire l'objet d'un rapport écrit à transmettre immédiatement à la Division Renseignement de Sécurité et à l'Officier de sécurité du Service Général du Renseignement et de la Sécurité.