1. Iedere verstrekking van, toegang tot en verdere verwerking van persoonsgegevens moet worden vastgelegd of gedocumenteerd zodat kan worden gecontroleerd of de gegevensverwerking rechtmatig is, interne controle kan worden uitgeoefend en de integriteit en de beveiliging van de gegevens kunnen worden gewaarborgd.
1. Toute transmission, tout accès, ou traitement ultérieur concernant des données à caractère personnel, sont journalisés ou font l'objet d'une trace documentaire à des fins de vérification de la licéité du traitement des données, d'autocontrôle et de garantie de l'intégrité et de la sécurité des données.