De heer Vandenberghe diende vervolgens een subamendement in op amendement nr. 48, luidende (Stuk Senaat, nr. 1-704/2, amendement nr. 60) :
M. Vandenberghe dépose ensuite un sous-amendement à l'amendement nº 48, qui est rédigé comme suit (do c. Sénat, nº 1-704/2, amendement nº 60) :